Overzicht over de periode

Overzicht over de periode
Wiskunde; grafieken
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Periode wiskunde: grafiekenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Overzicht over de periode
Wiskunde; grafieken

Slide 1 - Diapositive

Lessen in deze periode
15-5 Inleiding: Grafieken vertellen een verhaal + theorie eenheden
15-5 Voortekening
17-5 Oefenen met lengte + Gegevens verzamelen
22-5 Oefenen met oppervlakte + Redeneren
22-5 Oefenen met lengte en oppervlakteHet mammoetspel
23-5 Oefenen met inhoud + Verband, variabele en regelmaat
24-5 Oefenen met lengte, oppervlakte en inhoud + Grafieken en snijpunten
25-5 Oefenen met tijd + Woordformules
26-5 Oefenen met geld + Letterformules
30-5 Oefenen met gewicht + Snijpunten vinden
31-5 Eenheden herhalen + Vergelijkingen oplossen
1-6 Oefenen voor het proefwerk
2-6 Proefwerk + schrift inleveren

Slide 2 - Diapositive

Doelen periode
  • Je krijgt meer ervaring in het rekenen met eenheden.
  • Je leert hoe de werkelijkheid weergegeven kan worden in tabellen en diagrammen en grafieken.
  • Je hebt ervaren dat een punt in een lijndiagram/grafiek betekenis heeft, twee waarden (variabelen) aan elkaar koppelt.
  • Je herkent regelmaat in een verhaaltje, tabel en grafiek.
  • Je kunt werken met woord-formules en letterformules
  • Je kent de betekenis van een snijpunt van twee grafieken en kunt een snijpunt vinden.

Slide 3 - Diapositive

Inhoudsopgave schrift
Voortekening (direct achter de kaft)
Inhoudsopgave
Inleiding : Grafieken vertellen een verhaal
Gegevens verzamelen
Redeneren
Het mammoetspel (lijndiagrammen)
Verband, variabele en regelmaat
Woordformules
Letterformules
Snijpunten vinden
Vergelijkingen oplossen
Nawoord
Eenheden (van achteruit werken!!!)

Slide 4 - Diapositive

15-5 (eerste les)
 Inleiding: Grafieken vertellen een verhaal + theorie eenheden

Slide 5 - Diapositive

Startopdracht: Denken-delen-uitwisselen
  1. Welk verhaal past bij deze grafiek?
  2. Wat is horizontaal (van links naar rechts) weergegeven?
  3. Wat is verticaal (van onder naar boven) weergegeven?

Slide 6 - Diapositive

Inleiding
  • Je vertelt iets over “Grafieken vertellen een verhaal”
  • Je vertelt iets over wat we deze periode gaan leren.
  • Je stelt jezelf een doel: wat wil je deze periode bereiken of leren, waar wil je extra op letten. Vertel ook waarom je nu precies dat kiest.

Slide 7 - Diapositive

Inleiding
Deze periode gaat over diagrammen en grafieken. We proberen de wereld om ons heen te “vangen” in plaatjes. We bekijken een paar voorbeelden.
 Al in de oudheid werd de bekende omgeving weergegeven in de vorm van een kaart. Er is een kleitablet gevonden met een kaart van het noorden van Mesopotamië erop. Deze kaart komt uit ongeveer 3800 v. Chr.
Op een kaart geef je de plaats aan ten opzichte van een afgesproken beginpunt, de oorsprong.

Slide 8 - Diapositive

Inleiding
Een ander voorbeeld is de geschreven muzieknotatie. 
Het notenschrift zoals wij dat nu kennen heeft zijn oorsprong in de Middeleeuwen en is een grafische weergave van een tijdreeks.

Slide 9 - Diapositive

Inleiding
Het oudst bekende voorbeeld van een grafiek, met op de horizontale as de tijd, komt uit een manuscript uit de tiende of elfde eeuw dat aan het einde van de vorige eeuw werd teruggevonden. Het is een soort diagram dat de bewegingen van de planeten (Venus, Mercurius, etc.) aangeeft t.o.v. de Dierenriem.

Om het tekenen te vergemakkelijken heeft de tekenaar de horizontale as in 30 en de verticale as in 12 stukjes verdeeld, waardoor een soort ruitjespapier is ontstaan.

Slide 10 - Diapositive

Theorie eenheden
Grootheden zijn alles dat je kunt meten en in een getal kunt opschrijven.
Voorbeelden: lengte (breedte, hoogte, afstand, dikte), oppervlakte, inhoud, gewicht (massa), temperatuur, tijd, snelheid, prijs, informatie, ...
Elke grootheid kent één of meer bijbehorende eenheden. Een eenheid is de maat waarin je grootheden meet. De eenheid staat doorgaans achter het getal en geeft het getal betekenis (eurotekens zetten we voor het bedrag).
Voorbeelden: Bij de hierboven genoemde grootheden horen respectievelijk: meter (m), vierkante meter (m2), kubieke meter (m3) / liter (dm3), kilogram, graden Celsius, uur, km/u, euro , byte, enz..

Slide 11 - Diapositive

Theorie eenheden

Slide 12 - Diapositive

Theorie eenheden

Slide 13 - Diapositive