EU 4H les 2

Make Europe great (again)?
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Make Europe great (again)?

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:
- De verschillende politieke instellingen van de EU benoemen en uitleggen wat zij doen.
- Uitleggen hoe de verschillende politieke instellingen van de EU zich tot elkaar verhouden.
- Het bestuur en de instellingen van de EU vergelijken met de instellingen uit de landelijke Nederlandse politiek.
- Uitleggen met behulp van voorbeelden hoe je als Nederlands burger invloed kan uitoefenen in de Europese Unie.

Slide 2 - Diapositive

20
betaalmiddel Euro

Slide 3 - Diapositive

Hoe werkt de Europese Unie?
Les 2 opdracht 1 blz. 3
- bekijk slides 5 t/m 10 goed en vul ondertussen het schema in op blz. 3
- LET OP: meerdere antwoorden tegelijk mogelijk. 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Hoe werkt de Europese Unie?
Les 2 opdracht 1 blz. 3
-  controleer de antwoorden met behulp van de volgende slides. 

Slide 11 - Diapositive

Wie doet voorstellen van EU-wetten?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 12 - Quiz

Wie keurt EU-wetten goed?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 13 - Quiz

Wie bestaat uit 1 vertegenwoordiger/lid per EU-land?
A
Hof van Justitie van de EU
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 14 - Quiz

Wie wordt door EU-burgers gekozen?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 15 - Quiz

Wie voert de begroting uit?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 16 - Quiz

Wie vertegenwoordigt de belangen van de burgers?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Hof van Justitie van de EU
D
Europese Commissie

Slide 17 - Quiz

Wie vertegenwoordigt de belangen van EU-landen / hun regeringen?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 18 - Quiz

Wie beslist over de uitlegging van EU-wetten?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Hof van Justitie van de EU
D
Europese Commissie

Slide 19 - Quiz

Wie bepaalt de algemene politieke koers van de EU?
A
Europees Parlement
B
Europese Raad
C
Raad van de Europese Unie
D
Europese Commissie

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Hoe zou jij invloed kunnen uitoefenen?
zie les 2 vraag 2 blz. 3

Slide 22 - Question ouverte

Les 2 opdracht 3-4 blz. 4
Vul de tabel op blz. 4 in.
- op slide 24 kun je oefenen met de Landelijke overheid NL
- op slide 25 kun je oefenen met de EU

Slide 23 - Diapositive

Landelijke overheid NL
Wetgevende macht
Uitvoerende macht
Rechtelijke macht

Slide 24 - Question de remorquage

Europese Unie
Europese Commissie 
Europees Parlement
Hof van Justitie van de EU
Europese Raad
Raad van de EU
Wetgevende macht
Uitvoerende macht
Rechtelijke macht
Europese Commissie 

Slide 25 - Question de remorquage

Welk instituut van vraag 3 blijft over?

Slide 26 - Question ouverte

Maak opdracht 5

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:
  1. De verschillende politieke instellingen van de EU benoemen en uitleggen wat zij doen.
  2. Uitleggen hoe de verschillende politieke instellingen van de EU zich tot elkaar verhouden.
  3. Het bestuur en de instellingen van de EU vergelijken met de instellingen uit de landelijke Nederlandse politiek.
  4. Uitleggen met behulp van voorbeelden hoe je als Nederlands burger invloed kan uitoefenen in de Europese Unie.

Slide 31 - Diapositive

Welk doel heb ik nog niet behaald?

Slide 32 - Carte mentale