Contaminatie

Contaminatie
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Contaminatie

Slide 1 - Diapositive

Welk woord in de zin is een contaminatie: Wil jij die antwoorden even nachecken?

Slide 2 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: nachecken = nakijken + ...
A
controleren
B
antwoorden
C
checken

Slide 3 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Die som mag jij overnieuw maken.

Slide 4 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: overnieuw = over (doen) + ...
A
opnieuw
B
nog een keer
C
nieuw

Slide 5 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Ik vind dat jij je moet verexcuseren van die actie.

Slide 6 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: verexcuseren = verontschuldigen + ...
A
sorry
B
excuseren
C
het spijt me

Slide 7 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Ik ga de lengte van het boek opmeten met een meetliniaal.

Slide 8 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: meetliniaal = meetlint + ...
A
geodriehoek
B
liniaal
C
lint

Slide 9 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Stuur de plaatjes maar door, dan kan ik ze afprinten.

Slide 10 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: afprinten = afdrukken + ...
A
printen
B
drukken
C
uitdraaien

Slide 11 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Mijn moeder liet mij de aantekeningen opnoteren.

Slide 12 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: opnoteren= noteren+ ...
A
opschrijven
B
omschrijven
C
neerzetten

Slide 13 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Ik ga volgend jaar een nieuwe school uitproberen.

Slide 14 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: uitproberen = proberen + ...
A
uitgaan
B
uittesten
C
uiten

Slide 15 - Quiz

Welke woorden in de zin vormen een contaminatie?: Die tablet kost duur

Slide 16 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: kost duur = kost veel + ...
A
veel geld
B
chique
C
is duur

Slide 17 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Die vuilniszakken op straat zouden we moeten wegruimen.

Slide 18 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: wegruimen = weghalen + ...
A
ontruimen
B
afruimen
C
opruimen

Slide 19 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Die antwoorden moet in even nazoeken in het boek.

Slide 20 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: nazoeken = zoeken+ ...
A
nachecken
B
nakijken
C
nadenken

Slide 21 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Welke regels zullen we wegschrappen?

Slide 22 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: wegschrappen = schrappen + ...
A
weggooien
B
wegens
C
weghalen

Slide 23 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Ik ga die tweedehands spullen overkopen

Slide 24 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: overkopen = kopen+ ...
A
overnemen
B
aankopen
C
overgeven
D
overgaan

Slide 25 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: Je moet die wond wel goed ontreinigen!

Slide 26 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: ontreinigen = reinigen+ ...
A
ontslaan
B
ontsmetten
C
ontkalken
D
ontbijt

Slide 27 - Quiz

Welk woord in de zin is een contaminatie?: De directeur laat de post uitsorteren.

Slide 28 - Question ouverte

Uit welke woorden bestaat de contaminatie?: uitsorteren = sorteren + ...
A
uitgeven
B
uitdagen
C
uitgaan
D
uitzoeken

Slide 29 - Quiz