SV les 2

Lezen 

Verloop lessencyclus

Les 1: Onderwerp bepalen en onderzoek doen (informatie verzamelen) 

Les 2: Indeling van een artikel bespreken

Les 3 en 4: artikel schrijven

Les 5: revisie en feedback

Les 6: toets 

les 2: lesdoelen

Na deze les: 

- weet ik wat hoe een informatief artikel is opgebouwd

- weet ik wat de kenmerken zijn van een inleiding, kern en een slot 

Indeling informatief artikel

1. Titel (Duidelijke en pakkende titel die het onderwerp samenvat en GEEN punt)

2. Inleiding

3. Kern met de deelonderwerpen

4. Slot

5. Je volledige naam

Inleiding 

- Korte introductie van het onderwerp (bv middels een kort verhaaltje)

- De aanleiding voor het schrijven van je artikel, dus waarom schrijf je over dit onderwerp?

- Een of meer vragen over het onderwerp stellen, deze vragen kun je later in het stuk beantwoorden.

- Het onderwerp aankondigen middels een voorbeeld

Kern

In de kern beschrijf je de deelonderwerpen. Ieder deelonderwerp krijgt een eigen alinea. Schrijf je belangrijkste informatie over je deelonderwerp in de eerste zin van de alinea, dit is de kernzin. 

Geef daarna uitleg, informatie en voorbeelden over je deelonderwerp. 

Je moet 3 deelonderwerpen beschrijven in je artikel.

Je kunt elke alinea ook een tussenkopje geven. 

Laat goed de kenmerken van een alinea zien: 

- wit regel

- laatste regel niet helemaal vol

- eerste regel inspringen

 

Slot

Om je artikel af te ronden, kun je een paar dingen doen:

- Een korte samenvatting geven van alles wat je verteld hebt.

- Een conclusie geven (dus….)

- Een advies geven- Een oproep tot actie of verdere aandacht voor het thema.

Algemeen

- Let op je taalverzorging; gebruik van hoofdletters, leestekens, spelling.  

- Je taalgebruik moet door een klasgenoot te begrijpen zijn.

- minimaal 300 en maximaal 500 woorden. 

Aan het werk

Kijk bij welke stap jij bent en ga aan het werk!

1. Ga voor jezelf op zoek naar een onderwerp wat je interessant lijkt om een maatschappelijk artikel over te schrijven. Je kan dit doen door bv krantenartikelen te bekijken, of de site van het Jeugdjournaal. 
   
2. Maak bij dit onderwerp een mindmap. Wat zou jij willen vertellen over jouw onderwerp? Dit noemen we de deelonderwerpen. 
3. Zoek informatie bij jouw onderwerp/ deelonderwerpen die je in je artikel wil gaan gebruiken. 
4. Start met het schrijven van je kern. Per deelonderwerp 1 alinea. 
5. Schrijf je inleiding en slot. 

voorbeeld

1. Maatschappelijk onderwerp is 'jongeren met messen'. 

2. Bepaal je deelonderwerpen. (maak een woordweb) 

3. Kies 3 deelonderwerpen en schrijf de informatie over dit onderwerp in 1 alinea. Dit wordt je kern. 

4. Schrijf je inleiding.

5. Schrijf je slot. 

jongeren met messen

wat voor jongeren?

Hoe komen ze aan die messen?

wat doen we ertegen?

Hoe gaan scholen hiermee om?

Waarom hebben ze messen bij zich?

JONGEREN MET MESSEN ZIJN DOODNORMAAL

Inleiding 

Vijf Groningse jongeren met bivakmutsen en vervormde stemmen deden donderdagavond hun verhaal bij journalist Danny Ghosen in het tv-programma 'Danny op straat'. De jongens vertelden over messenbezit en waarom ze met messen op straat lopen.

Kern

Alinea 1 (antwoord op Wat voor jongeren? de titel van deze alinea kan ook het antwoord zijn op deze vraag) Vertel in deze alinea wat over deze jongeren.

Alinea 2 (antwoord op Hoe komen ze aan de messen?)

Alinea 3 (antwoord op Waarom hebben ze messen bij zich?)

Slot 

(ADVIES: wat doen we ertegen)

Vijf Groningse jongeren met bivakmutsen en vervormde stemmen deden donderdagavond hun verhaal bij journalist Danny Ghosen in het tv-programma 'Danny op straat'. De jongens vertelden over messenbezit en waarom ze met messen op straat lopen.

wie doet dit nu

De meeste jongeren die messen bij zich dragen zijn.....................

Hoe komen ze aan de messen

De messen zijn eenvoudig te verkrijgen bij..................

Veiligheid 

De reden waarom de jongeren messen bij zich dragen................

Als je het mij vraagt dan zou de aanpak van dit probleem een gedeelde zaak zijn van school, jeugdzorg en ouders...............................

JONGEREN MET MESSEN ZIJN DOODNORMAAL