Par. 5 Regering en Parlement

Paragraaf 5 Regering en Parlement
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
GMFMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 5 Regering en Parlement

Slide 1 - Diapositive

Beter ga je beginnen te gaan stemmen
Waarom gaan stemmen?

Slide 2 - Diapositive

Regering ≠ Kabinet
De regering bestaat uit de Koning en de ministers
Het kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen


Slide 3 - Diapositive

Waarom hebben we een kabinet als er al een gekozen Tweede Kamer is?
A
We kunnen niet met 150 mensen van verschillende partijen het land besturen
B
Vanwege de machtenscheiding: Trias Politica
C
Dat werkt efficiënter.
D
Kabinet heeft de uitvoerende macht.

Slide 4 - Quiz

Waarom hebben we een kabinet als er al een gekozen Tweede Kamer is?
-We kunnen niet met 150 mensen van verschillende partijen het land besturen 
- Vanwege de machtenscheiding: Trias Politica:
Kabinet heeft de uitvoerende macht  
Die door het parlement (Eerste en Tweede kamer) wordt gecontroleerd

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Ministers
Alle ministers samen = ministerraad
Voorzitter ministerraad = premier
Elke minister eigen beleidsterrein 
Hulp van staatssecretarissen 
12 ministeries, ministerie van...
Ambtenaren 
Minister zonder portefeuille = minister zonder ministerie 


Slide 7 - Diapositive

Actueel:
Waarom is het vormen een nieuw kabinet zo lastig?

  • Er zijn veel (kleine) partijen
  • Verschillende standpunten
  • Geen partij heeft de absolute meerderheid (de helft plus 1 = 76 zetels)
  • Partijen moeten dus samenwerken (coalitie vormen)

Slide 8 - Diapositive

Taken van de koning 
  • Handtekening zetten onder alle wetten.

  • Troonrede voorlezen op prinsjesdag.

  • Overleg voeren met de minister-president.

  • Ons land vertegenwoordigen in het buitenland.

  • Ministers en staatssecretarissen beëdigen. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Rol van de koning
Prinsjesdag: troonrede met de miljoenen nota

Koning geen politieke macht: ministeriële  verantwoordelijkheid

Slide 11 - Diapositive

Wie is de voorzitter van de ministerraad?
A
de premier
B
de minister-president
C
Mark Rutte

Slide 12 - Quiz

Wie heeft de meeste macht?
A
de Eerste Kamer
B
de Tweede Kamer

Slide 13 - Quiz

Door wie wordt de Eerste Kamer gekozen?
A
de burgers
B
de ministers
C
de wethouders
D
de provinciale staten

Slide 14 - Quiz

Wie wordt ook wel de Senaat genoemd?
A
de Eerste Kamer
B
de Tweede Kamer

Slide 15 - Quiz

Aan de slag
Vragen?
Maak de drie oefeningen van paragraaf 5: De regering

Ga verder met je po Politiek

Slide 16 - Diapositive