TL- 2 - 8.3 & 8.4 Bloed

8.3: Je bloed vervoert & 8.4: De bloedsomloop
+ 8.4 Bloedsomloop
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

8.3: Je bloed vervoert & 8.4: De bloedsomloop
+ 8.4 Bloedsomloop

Slide 1 - Diapositive

Planning
Huiswerk & Herhaling 8.2: Ademen
Theorie 8.3 & 8.4: Bloed
Quiz


Slide 2 - Diapositive

Pak opdracht 11 (p. 87 erbij)

Slide 3 - Diapositive

Pak opdracht 11 (p. 87 erbij)

Slide 4 - Diapositive

Pak opdracht 11 (p. 87 erbij)

Slide 5 - Diapositive

Pak opdracht 11 (p. 87 erbij)

Slide 6 - Diapositive

Je lichaam krijgt een teken om te gaan ademen door:
A
Lagere CO2 concentratie in het bloed
B
Hogere CO2 concentratie in het bloed
C
Hogere O2 concentratie in het bloed

Slide 7 - Quiz

Leg met behulp van het schema van verbranding uit waarom je honger hebt na sporten?

Slide 8 - Question ouverte

Via welk orgaan raakt je lichaam CO2 kwijt?
A
Longen
B
Nieren
C
Neus
D
Lever

Slide 9 - Quiz

Hoe noem je de ademhaling waarbij je middenrif omhoog en omlaag gaat?
A
Buikademhaling
B
Borstademhaling

Slide 10 - Quiz

Deel 1: 8.3 - Je bloed vervoert

Slide 11 - Diapositive

Onderdelen van bloed

  • Bloedplasma: vervoert voedingsstoffen naar de organen +  koolstofdioxide uit de organen. 

  • Rode bloedcellen bevatten  hemoglobine vervoert zuurstof 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Bloedvatenstelsel
Je hart pompt het bloed door 
de bloedvaten

3x soorten bloedvaten.
  1. Slagaders
  2. Aders
  3. Haarvaten

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slagaders

  • Slagaders:  bloed vanaf hart naar organen
  • Aorta = grootste slagader
  • Slagaders kloppen mee met de hartslag
  • Heel dik




Slide 16 - Diapositive

Haarvaten

  • De slagaders vertakken zich in de organen haarvaten
  • Heel klein en dun (alle organen)
  • Transport O2 / CO2/ voedingsstoffen / afvalstoffen

Slide 17 - Diapositive

Aders

  • Haarvaten komen bij elkaar in aders
  • Bloed vanaf organen via aders naar hart.
  • Alle aders komen uit in een grote ader: holle ader
  • Aders voel je niet kloppen: bloed stroomt heel langzaam in aders




Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Hoe heet de stof die zuurstof vervoert in rode bloedcellen?

A: Oxytocine
B: Oxide
C: Hematoline
D: Hemoglobine

Slide 21 - Diapositive

Hoe heet de stof die zuurstof vervoert in rode bloedcellen?

A: Oxytocine
B: Oxide
C: Hematoline
D: Hemoglobine

Slide 22 - Diapositive

Maken 8.3 (p. 93)
Opdracht 4 en 6

Slide 23 - Diapositive

Deel 2 - 8.4 De bloedsomloop

Slide 24 - Diapositive

Grote bloedsomloop
Kleine
bloedsomloop

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Lien

Slide 29 - Diapositive

Waarom horen we een dubbele hartslag?

Slide 30 - Diapositive

Omdat eerst de boezems samentrekken (slag 1)
en dan de kamers samentrekken (slag 2)

Slide 31 - Diapositive

Wat is het gevolg van dit gaatje?

Slide 32 - Diapositive

zuurstof arm en zuurstofrijk bloed mengt met elkaar, dus...

Slide 33 - Diapositive

zuurstof arm en zuurstofrijk bloed mengt met elkaar

dus meer zuurstof in bloed nodig voor verbranding

meer ademen

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Maken opdrachten
8.3 (p. 93) :4 en 6
8.4 (p. 100): 3, 5, 9, 13, 

Klaar? Alle opdr. 8.3 & 8.4

Slide 36 - Diapositive

Hoe heet de stof in rode bloedcellen die zuurstof vervoert?
A
Hematologie
B
Hemoglobine
C
Oxide
D
Monoxide

Slide 37 - Quiz

Welke soort bloeding is het gevaarlijkst?
A
Aan haarvaten
B
Aan aders
C
Aan slagaders

Slide 38 - Quiz

Waarom is een slagaderlijke bloeding gevaarlijke dan een aderlijke bloeding?

Slide 39 - Question ouverte

Bloed loopt van het hart naar de organen via de:
A
Slagaders
B
Haarvaten
C
Aders

Slide 40 - Quiz

Wat gebeurt er als je een gaatje in de wand hebt tussen twee hartkamers?

Slide 41 - Question ouverte

Waarom hoor je twee hartslagen als je met een stethoscoop naar het hart luistert?
A
1 slag voor kamers, 1 slag voor boezems
B
Je hoort er maar 1
C
1 slag voor de linker kant, 1 slag voor de rechterkant

Slide 42 - Quiz

Slide 43 - Vidéo