Blok 3.3 A en B Meervoudsspelling



Blok 3.3 A en B Meervoudsspelling

1 Planning en agenda
2 Woordsoortamnesia
3 Quizje
4 Nabespreken huiswerk vorige week










m.marinus@singelland.nl



5 Uitleg 3.3 B Spelling meervoudsvormen
6 Zelfstandig werken

7 Afsluiten met Plenda!

Welkom!
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon



Blok 3.3 A en B Meervoudsspelling

1 Planning en agenda
2 Woordsoortamnesia
3 Quizje
4 Nabespreken huiswerk vorige week










m.marinus@singelland.nl



5 Uitleg 3.3 B Spelling meervoudsvormen
6 Zelfstandig werken

7 Afsluiten met Plenda!

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Woordsoortamnesia

Ik had griep, hele erge griep. Mijn jongste dochter ook. Als mijn vrouw dan thuiskwam, na een lange dag hard werken, gingen mijn zieke dochter en ik om haar heen staan en riepen we beurtelings 'Iek! Iek!' We waren zo ziek dat we geen 'z' meer konden zeggen. Na verloop van tijd, ging mijn vrouw dan gillen. Zo kregen we er ook nog eens hoofdpijn bij.
Gelukkig zijn we nu beter. Dingetje: woordsoort vergeten. Gebruiken we gewoon niet meer. Weet jij welke?
timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

Welk zelfstandig naamwoord is een eigennaam?
A
papa
B
Beatrixschool
C
keukendeur
D
hondje

Slide 3 - Quiz

Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
mensen, planten, dieren, dingen
B
mensen, planten, dieren, lidwoorden
C
mensen en dieren
D
mensen, lidwoorden

Slide 4 - Quiz

Hoe vind je het lijdend voorwerp? Het lijdend voorwerp is antwoord op de vraag:

A
Wie /wat + onderwerp + gezegde?
B
Wie/wat + persoonsvorm?
C
Wie/wat + onderwerp?
D
Wie/wat + gezegde?

Slide 5 - Quiz

Wat is een zelfstandig naamwoord
A
Vertrekken
B
Koerier
C
Geweldig
D
Manager

Slide 6 - Quiz

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 7 - Quiz

Wat is geen zelfstandig naamwoord?
A
Koe
B
zwemmen
C
fiets
D
broer

Slide 8 - Quiz

Een eigennaam is een vorm van een:
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
C
Bepaald lidwoord
D
Onbepaald lidwoord

Slide 9 - Quiz

Maak een spiekbriefje!
Zinsdeel
Wat moet je doen?
Waar moet je op letten.
persoonsvorm
1. Verander de zin van tijd. Het woord dat verandert, is de pv.
2. Maak de zin vragend. De pv komt vooraan de zin te staan. 

de persoonsvorm is altijd een werkwoord.
onderwerp
Stel de vraag ...
werkwoordelijk gezegde
Lijdend voorwerp
Maak een spiekbriefje

Slide 10 - Diapositive

Uitleg?

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag!

Maak de vragen van Blok 3.3 A en B

  • Samen beginnen
  • Overleggen mag (op fluistertoon).
  • Heb je een vraag, hand omhoog!
  • Ik maak rondjes door de klas en kijk ook via learnbeat met jullie mee.
timer
15:00

Slide 12 - Diapositive

Agenda - Plenda
Huiswerk:
3.3 A en B



Slide 13 - Diapositive

Vat de les samen in een paar woorden.

Slide 14 - Question ouverte