(TNA) Alliteratie en assonantie

Doel
Je leert:
- wat een alliteratie is
- wat een assonantie is
- wat eindrijm is
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Doel
Je leert:
- wat een alliteratie is
- wat een assonantie is
- wat eindrijm is

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Alliteratie
Alliteratie is een soort van medeklinkerrijm. Woorden beginnen dan met dezelfde combinatie van medeklinkers. 
Alliteratie komt altijd in dezelfde regel voor, dus niet door het hele gedicht heen.
Een bekend voorbeeld van alliteratie is:
Liesje leerde Lotje lopen langs de lange Lindenlaan.

Slide 3 - Diapositive

Assonantie
Een ander woord voor assonantie is klinkerrijm. Dit betekent dus dat bij assonantie klinkers (a, e, o, u, i) op elkaar rijmen. 
Bij deze vorm van rijm gaat het dan om de manier waarop de woorden worden uitgesproken, dus niet hoe ze worden geschreven.

Slide 4 - Diapositive

Assonantie (klinkerrijm):

 


De wijze, kleine, geinige meid
Retteket naar beter bed 
twee halen, een betalen



Slide 5 - Diapositive

Bij alliteratie gaat het om overeenkomst in klank van medeklinkers aan het begin van woorden.

Stevig staat de sterke man uit Stavoren op zijn standplaats.
Leentje leerde Lotje lopen langs de lange Lindelaan. 
Heerlijk helder Heineken (alliteratie en assonantie). 

Slide 6 - Diapositive

Onzichtbaar
een zucht is onzichtbaar
net als de wind
de nacht is onzichtbaar
als de dag begint
onzichtbaar zijn de dingen
die ik kwijt ben
die ik nooit meer vind
maar
met mijn ogen dicht
zie ik alles
wat mijn hoofd verzint

Slide 7 - Diapositive

Geef de assonantie aan.

Slide 8 - Question ouverte

Liesje leerde Lotje lopen langs
de lange Lindenlaan
A
Alliteratie
B
Assonantie
C
Eindrijm
D
Beginrijm

Slide 9 - Quiz

De man uit Waddinxveen
woont zijn hele leven al alleen
A
Alliteratie
B
Assonantie
C
Eindrijm
D
Beginrijm

Slide 10 - Quiz

De muis gaat naar huis

A
alliteratie
B
assonantie
C
Eindrijm
D
beginrijm

Slide 11 - Quiz