Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 4 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Herhaling
Paragraaf 2
Koningstijd, Republiek, Keizertijd
Blz 54
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je van de vorige les?
Slide 2 - Carte mentale
Zou je de Romeinse republiek een oligarchie of een democratie noemen?
Slide 3 - Question ouverte
Slide 4 - Vidéo
wie waren plebejer?
A
Mensen die zelf de kost verdienden
B
winkeliers, boeren en ambachtslieden
C
Rijke burgers
D
senatoren
Slide 5 - Quiz
Benoem een reden waarom de strijd tussen de patriciërs en de plebejers door de plebejers is gewonnen?
Slide 6 - Question ouverte
Zet de woorden op de juiste plaats in de afbeelding
plebejer
patriciër
slaaf
Slide 7 - Question de remorquage
Zet de bevolkingsgroepen op de juiste plek en koppel aan hen de juiste kenmerken
Bevolkingsgroepen
Rechten
Rijkdom
Belangrijk
Belangrijkste in de bovenste rij, minst belangrijke in de onderste!
!
Patriciërs
Plebejers
Slaven
Belangrijke ambten
Vrije Romeinen
Geen vrijheid
Zeer rijk
Soms rijk, soms arm
Geen eigen bezit
Slide 8 - Question de remorquage
Wat weet je over Julius Caesar?
Slide 9 - Carte mentale
Slide 10 - Vidéo
Wie was Julius Caesar?
A
De baas van de Germanen.
B
De legerleider van het Romeinse leger.
C
De aanvoerder van het Germaanse leger.
D
Hij was de koning van de Romeinen.
Slide 11 - Quiz
Julius Caesar was een...
A
Generaal
B
Keizer
C
Senator
D
Dictator
Slide 12 - Quiz
Waarom werd Julius Caesar vermoord?
A
Hij was een slechte keizer
B
Hij werd te machtig
C
Hij had de keizer beledigd
D
Hij had een veldslag verloren
Slide 13 - Quiz
Feit
Mening
Medesenatoren vermoorden Julius Caesar
Sommige senatoren dachten dat hij koning wilde worden.
Vermoord op 15 maart 44.Chr.
Hij was een gevaar voor de republiek
Brutus had spijt van het vermoorden van Julius Caesar
23 messteken vermoord
Slide 14 - Question de remorquage
Slide 15 - Vidéo
Wanneer werd Julius Caesar vermoord?
A
15 maart 45 v.chr.
B
15 april 44 v.chr.
C
16 mei 15 v.chr
D
20 november 33 v.chr.
Slide 16 - Quiz
De opvolger van Julius Caesar was Octavianus.
Dit was de ..... van Julius Caesar.
A
broer
B
zwager
C
kleinzoon
D
Geadopteerde zoon
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Vidéo
Wie was de opvolger van Julius Caesar?
Slide 19 - Question ouverte
Wat weet je van keizer Augustus?
Slide 20 - Carte mentale
De laatste koning wordt verjaagd
Rome wordt een Republiek
Caesar wordt dictator voor het leven
Caesar wordt vermoord door senatoren
Burgeroorlogen
Keizer Augustus wordt de eerste Romeinse keizer
Slide 21 - Question de remorquage
Op de afbeelding staat een beroemde gebeurtenis afgebeeld. Daarbij horen namen en uitspraken, zorg dat de juiste uitspraak naar de juiste naam gesleept worden
Julius Ceasar
Hij slaat zijn purperen mantel om zich heen als hij de dolksteken voelt
Senator Brutus
Keizer Augustus
Hij heeft de moordenaars van zijn stiefvader stuk voor stuk gestraft