taal actief 4, groep 7, 4-2-6a

de tulband
Een hoofddeksel dat bestaat uit een lap stof die om het hoofd wordt gewikkeld.
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

de tulband
Een hoofddeksel dat bestaat uit een lap stof die om het hoofd wordt gewikkeld.

Slide 1 - Diapositive

de sombrero
Een hoed met een hele brede rand die hoort bij de klederdracht van Mexico.

Slide 2 - Diapositive

het keppeltje
Een rond kapje dat sommige joodse mannen op hun hoofd dragen.

Slide 3 - Diapositive

het hoofddeksel
Een kledingstuk dat je op je hoofd draagt. Een hoed, een tulband of een sombrero.

Slide 4 - Diapositive

aanwakkeren
Heftiger maken. 
Zijn scheldwoorden wakkerden de ruzie aan.

Slide 5 - Diapositive

sussen
Kalmer maken.
Haar vriendelijke woorden susten de ruziemakers.

Slide 6 - Diapositive

terecht
Juist, het klopt.

Slide 7 - Diapositive

zich wenden tot
Iets vragen aan of zeggen tegen iemand anders.

Slide 8 - Diapositive

de variant
Het lijkt op iets anders, maar het is niet hetzelfde.

Slide 9 - Diapositive

pasklaar
Op maat gemaakt, aangepast aan de situatie.

Slide 10 - Diapositive

willekeurig
Zomaar gekozen, zonder dat erover nagedacht is.

Slide 11 - Diapositive

je niet uit het veld laten slaan
Je raakt niet ontmoedigd of in de war als iemand je tegenspreekt of tegenwerkt.

Slide 12 - Diapositive

het keppeltje
A
Een hoofddeksel dat bestaat uit een lap stof die om het hoofd wordt gewikkeld.
B
Een hoed met een hele brede rand die hoort bij de klederdracht van Mexico.
C
Een rond kapje dat sommige joodse mannen op hun hoofd dragen.
D
Een kledingstuk die je met een feestje draagt.

Slide 13 - Quiz

de tulband
A
Een hoofddeksel dat bestaat uit een lap stof die om het hoofd wordt gewikkeld.
B
Een hoed met een hele brede rand die hoort bij de klederdracht van Mexico.
C
Een rond kapje dat sommige joodse mannen op hun hoofd dragen.
D
Een kledingstuk die je met een feestje draagt.

Slide 14 - Quiz

terecht
A
onjuist
B
waarheid
C
juist
D
leugen

Slide 15 - Quiz

willekeurig
A
weloverwogen gekozen
B
zomaar gekozen
C
een ingeving
D
een vast omlijnd idee

Slide 16 - Quiz

je niet uit het veld laten slaan
A
Je stopt als iets niet lukt.
B
Je vraagt advies omdat je het niet snapt.
C
Je gaat iets anders doen.
D
Je raakt niet ontmoedigd als iemand je tegenwerkt.

Slide 17 - Quiz

de variant
A
hetzelfde
B
bijna hetzelfde
C
het spel
D
de sport

Slide 18 - Quiz

de sombrero
A
Een hoofddeksel dat bestaat uit een lap stof die om het hoofd wordt gewikkeld.
B
Een hoed met een hele brede rand die hoort bij de klederdracht van Mexico.
C
Een rond kapje dat sommige joodse mannen op hun hoofd dragen.
D
Een kledingstuk die je met een feestje draagt.

Slide 19 - Quiz

aanwakkeren
A
wakker worden
B
een gat in het ijs
C
heftiger maken
D
gaan slapen

Slide 20 - Quiz

pasklaar
A
op maat gemaakt
B
pasfoto
C
niet passend
D
net klaar

Slide 21 - Quiz

zich wenden tot
A
omdraaien
B
wennen aan
C
weggaan
D
iets vragen aan iemand

Slide 22 - Quiz

sussen
A
(broers en) zussen
B
blussen
C
kalmer maken
D
ertussen

Slide 23 - Quiz

het hoofddeksel
A
het belangrijkste deksel
B
Iets wat je op je hoofd draagt.
C
deksel van een prullenbak
D
deksel van een koektrommel

Slide 24 - Quiz