Voegwoorden

woordenschattoets 
Nogmaals: woorden van de lessen: 1,2,3,4,12,15,16,17,18,19,25,26,29,30,31

Vrijdag 31 maart 
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Introduction

Les over zinnen en zinsstructuur.

Éléments de cette leçon

woordenschattoets 
Nogmaals: woorden van de lessen: 1,2,3,4,12,15,16,17,18,19,25,26,29,30,31

Vrijdag 31 maart 

Slide 1 - Diapositive

Les 2 van vandaag 
Planning: 
  • nakijken les 6 (opdracht 3,4 en 9)
  • theorie les 62 
  • maken opdrachten les 62 (1, 2, 3 en 4)

Slide 2 - Diapositive

Grammatica
Wat gebeurt er als we twee zinnen aan elkaar plakken?

Slide 3 - Diapositive

Voorbeeld
Het wordt vandaag mooi weer. We gaan naar het strand.

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld 
Het wordt vandaag mooi weer dus we gaan naar het strand.

Slide 5 - Diapositive

Enkelvoudige zin

  • Zin met één persoonsvorm
Samengestelde zin

  • Zin met twee of meer persoonsvormen

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld enkelvoudige zin
  • Het /wordt /slecht /weer/ vandaag.
  • Ik ga vandaag naar de Action.
  • Hij kijkt veel naar Star Wars.

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld samengestelde zin
  • Toen de zomervakantie dichterbij kwam, werden de leerlingen minder gemotiveerd. 
  • Hij kijkt veel naar Star Wars en schrijft daar over op zijn website.

Slide 8 - Diapositive

Enkelvoudig of samengesteld?
- Drie studerende kinderen kunnen een flinke kostenpost worden voor ouders.
-Ik zou vandaag best in bed willen blijven.
- Als je nu naar huis gaat, regen je flink nat.
-Wil je liever zuurkool of spruitjes?
-Wil je liever naar Duitsland of wil je liever naar Oostenrijk?

Slide 9 - Diapositive

Enkelvoudig of samengesteld?
- Drie studerende kinderen kunnen een flinke kostenpost worden voor ouders.
-Ik zou vandaag best in bed willen blijven.
- Als je nu naar huis gaat, regen je flink nat.
-Wil je liever zuurkool of spruitjes?
-Wil je liever naar Duitsland of wil je liever naar Oostenrijk?

Overleg met degene die naast je zit, komen jullie antwoorden overéén? 

Slide 10 - Diapositive

Voegwoorden
Verbinden zinnen, woorden of woordgroepen met elkaar.

Je kunt kiezen uit zeilen of zwemmen.

Slide 11 - Diapositive

Voegwoorden
want, maar, of, tenzij, dus, als, hoewel, en, aangezien, omdat, voordat, zodra,...

(veel voegwoorden ken je al van lezen, maar dan heten ze vaak signaalwoorden)

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag

Huiswerk voor dinsdag 28 maart 

Les 62 bladzijde 128 
opdrachten: 1,2,3 en 4 


Slide 13 - Diapositive