H2.1 t/m H2.3

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4,5

H2.1 Opbouw van de aarde en platentektoniek

Lesdoelen

• Ik kan aan het einde van de les uitleggen uit welke lagen de aarde is opgebouwd.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les de drie plaatbewegingen benoemen.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les benoemen welke verschillen er bestaan tussen de oceanische plaat en continentale plaat en wat subductie hiermee te maken heeft.

Wat zijn de drie plaatbewegingen?

1. Rotatie beweging
2. Transforme beweging
3. Convergente beweging
4. Divergente beweging

Wat gebeurt er bij een convergente beweging?

1. Platen bewegen van elkaar af
2. Platen bewegen naar elkaar toe

Bij welke beweging ontstaan bergen?

1. Convergente beweging
2. Divergente beweging
3. Trasnforme beweging
4. Subductie beweging

Welke plaat is meestal zwaarder?

1. Aardkorst
2. Lithosfeer
3. Continentale plaat
4. Oceanische plaat

Wat gebeurt er bij een subductiezones?

1. Platen bewegen uit elkaar
2. Oceanische plaat duikt onder continentale plaat
3. Beide platen stijgen gelijk op
4. Er ontstaat een eilandboog

Wat is een kenmerk van een oceanische plaat?

1. Bestaat uit graniet
2. Dunner dan continentale platen
3. Onbewegelijk
4. Dikste type plaat

Welke rol spelen convectiestromen?

1. Verhinderen aardbevingen
2. Ze drijven de platentektoniek aan
3. Vermijden vulkaanuitbarstingen
4. Creëren nieuwe continenten

Wat zijn convectiestromen in de aardmantel?

1. Bewegingen van magma door temperatuurverschillen
2. Aardbevingseffecten
3. Statische lagen van vaste rots
4. Vluchtige gasvormige stoffen

Lesdoelen

• Ik kan aan het einde van de les benoemen welke 4 soorten vulkanen er bestaan.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les uitleggen wat de kenmerken van de 4 soorten vulkanen zijn.
  
  

• Ik kan aan het einde van de les het verschil uitleggen tussen het hypocentrum en het epicentrum.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les in 3 stappen uitleggen hoe een tsunami ontstaat.

Lesdoelen

• Ik kan aan het einde van de les uitleggen hoe plooiingsgebergten ontstaan.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les benoemen bij welke plaatbeweging plooiingsgebergten ontstaan. 
  
  

• Ik kan aan het einde van de les uitleggen wat het verschil tussen rek en compressie is en wat de gevolgen van rek en compressie zijn.
  
  
• Ik kan aan het einde van de les uitleggen wat horsten en slenken zijn en hoe ze ontstaan.