Rondje Nederland kennismaken **

Wat weet jij over Nederland?
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2BasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat weet jij over Nederland?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de hoofdstad van Nederland?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar (welke stad) zit de regering van Nederland?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ongeveer 1/3 van alle mensen heeft een geloof in Nederland (meestal Christelijk).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet onze koningin?
(schrijf alleen haar voornaam op)

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heten de buurlanden van Nederland?
A
Belgie en Duitsland
B
Italie en Belgie
C
Belgie en Frankrijk
D
Duitsland en Frankrijk

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe groot is Nederland ongeveer?
A
12.000 km2
B
98.000 km2
C
42.000 km2
D
58.000 km2

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe wordt Nederland ook wel genoemd?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer vieren we in Nederland Koningsdag?
A
27 april
B
15 juli
C
6 december
D
30 april

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel mensen wonen er ongeveer in Nederland? (schrijf ... miljoen)

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

kaas
drop
aardappels
pepernoten
stroopwafels

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de kleur van Nederland?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welke munt (geld) betaal je in Nederland?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de zee die aan Nederland ligt?
(ten Westen)
A
de Waddenzee
B
de Noordzee
C
de Stille Oceaan
D
de Middellandse zee

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederland heeft 4 seizoenen. Wat is de goede volgorde?
A
winter, zomer, herfst, lente
B
winter, herfst, zomer, lente
C
winter, lente, zomer, herfst
D
winter, herfst, lente, zomer

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is de koning van Nederland?
(schrijf zijn hele voornaam op)

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In Nederland is het vaak wisselvallig weer. Wat betekent dat?
A
Dat het elke dag hetzelfde weer is.
B
Dat het weer elke dag anders kan zijn.
C
Dat het altijd regent in Nederland.
D
Dat het altijd koud is in Nederland.

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In Friesland spreken de mensen een eigen taal: Nederlands EN Fries.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ongeveer de helft van de mensen in Nederland heeft geen geloof.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Dit is bijna de helft, waarvan 1 miljoen Moslims, nog een paar andere geloven en verder Christenen. De andere helft heeft dus geen geloof. Bijna nergens op de wereld geloven zo weinig mensen in God als in Nederland.
Tulpen
Mondriaan
Gulden
Anne Frank
Johan Cruijff

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederland hoort bij de Europese Unie. De EU zijn landen:
A
Die afspraken met elkaar maken
B
Waar allemaal christenen wonen
C
Waar niet met de euro betaald kan worden
D
Die allemaal een koning als baas hebben

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Onze koning is de zoon van prinses Beatrix.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stad in Nederland heeft de grootste haven van heel Europa?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In Suriname, Aruba, België en Zuid-Afrika wordt ook Nederlands gesproken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Provincies en hoofdsteden
Welke provincies en hoofdsteden ken je al?

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke provincie ligt naast Friesland?
A
Drenthe
B
Overijssel
C
Groningen
D
Leeuwarden

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de hoofdstad van Noord-Brabant?
A
Eindhoven
B
Den Bosch
C
Breda
D
Alkmaar

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke provincie ligt het meest in het zuiden? (rechts onderaan)
A
Zeeland
B
Limburg
C
Noord-Brabant
D
Gelderland

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn twee provincies waarbij de hoofdstad hetzelfde heet. Welke zijn dit?
A
Groningen en Utrecht
B
Groningen en Friesland
C
Utrecht en Noord-Holland
D
Alleen Groningen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Van welke provincie is "Assen" de hoofdstad?
A
Overijssel
B
Groningen
C
Friesland
D
Drenthe

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelf oefenen
https://nt2taalmenu.nl/nt2-a1-oefeningen-2/#a1-inburgering

https://www.topo-oefenen.nl


Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions