H2.6: Napels en de Vesuvius

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

H2.6: Napels en de Vesuvius

de mensen van pompeii kenden het fenomeen vulkaanuitbarsting niet. 

Leerdoelen 2.6 Vesuvius

- Je kunt op de kaart aanwijzen waar Napels ligt en weet een aantal kenmerken van de stad.

- Je weet hoe de Vesuvius is ontstaan.

- Je weet welke invloed de Vesuvius op de inwoners van Napels heeft.

Stratovulkaan

Explosief

Subductie

Napels - Italië

Havenstad

4 miljoen inwoners

Waarom wonen hier mensen?

Noord economisch: Landbouw, industrie, werk

Zuid : Traditioneel, armer, agrarisch, maffia

Pompeii

Bedolven onder 4 meter dikke laag van as

79 n.Chr.        .                                                             

Pyroclastische stroom

temperaturen tot circa 850 °C 

 snelheden tot circa 725 km/u.

Vesuvius Observatorium

600.000 - 2,5 miljoen mensen verplaatsen

Mogelijke gevolgen:

Kosten & geloofwaardigheid / 

mensenlevens

Evacueren of niet?

Vulkanisme en aardbevingen

Afrikaanse plaat tegen de Euraziatische plaat.

Subductie

Sinds uitbarsting 1944 geen rook meer -> kraterpijp dicht 

Leerdoelen 2.6 Vesuvius

- Je kunt op de kaart aanwijzen waar Napels ligt en weet een aantal kenmerken van de stad.

- Je weet hoe de Vesuvius is ontstaan.

- Je weet welke invloed de Vesuvius op de inwoners van Napels heeft.

Wat voor soort vulkaan is de Vesuvius?

1. een stratovulkaan
2. een schildvulkaan
3. een hotspotvulkaan
4. een effusieve vulkaan

Welk gedeelte van Italië is welvarender?

1. Noord
2. Zuid

Van welke soort plaatbeweging is er sprake aan de oostkant van Italië?

1. Convergente beweging
2. Divergente Beweging
3. Transversale beweging

Waarom liggen de vulkanen aan de zuidkant van Italië terwijl de subductiezone aan de oostkant ligt?

Welk antwoord over de pyroclastische stroom klopt niet?

1. De stroom bestaat uit lava, gas, as en vulkanische bommen
2. Een pyroclastische stroom kan meer dan 700 km/uur bereiken
3. De stroom ontstaat bij een vulkaanuitbarsting
4. De stroom kan meer dan 1000 graden heet zijn.

Denk aan het SO van volgende week!

19 december tijdens de les

paragraaf 2.2 t/m 2.7

Aan de slag

MH 2.6: 3, 4, 5, 6, 7, 9, 11, 12, 14, 15

HV 2.6: 1, 3, 5, 6, 7

Hoe: Overleggen met je buur

Tijd: Bezig tot 5 min voor het einde van de les.

Uitkomst: Volgende week af. In de les niet af = huiswerk.

Vragen: Lees de paragraaf, daarna docent vragen.

Klaar: Antwoordenblad ophalen of aan de slag met een ander vak

Controle 2.5:

Alle opdrachten