2.1 Rivieren in China

*herhaling:
Waardoor hebben polders in West-Nederland veel last van verzilting?
A
door bemaling van de polders
B
door de infiltratie van oppervlaktewater in de duinen
C
door de toenemende neerslag
D
door opwaartse stroming van zoet water
1 / 25
suivant
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Éléments de cette leçon

*herhaling:
Waardoor hebben polders in West-Nederland veel last van verzilting?
A
door bemaling van de polders
B
door de infiltratie van oppervlaktewater in de duinen
C
door de toenemende neerslag
D
door opwaartse stroming van zoet water

Slide 1 - Quiz

Hst 2: Water China
China kent natte en droge gebieden, hoe gaan zij er mee om?

Slide 2 - Diapositive

China?

Slide 3 - Carte mentale

Hoeveel mensen wonen er in China?
A
1.300.000
B
1.400.000.000
C
1.500.000
D
1.500.000.000

Slide 4 - Quiz

2.1 Rivieren in China
leerdoelen
Oorzaken ongelijke bevolkingsspreiding in China
Trapsgewijze opbouw van het reliëf in China
Verschil tussen de korte en lange kringloop
De rol van rivieren in de lange kringloop
Begrippen
afstromen, benedenloop, bovenloop, condenseren, grondwaterpeil, hoogvlakte, infiltratie, korte krinloop, lange kringloop, middenloop, regenwater, reliëf, smeltwater, verdamping, waterkrinloop, evotranspiratie.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Neerslag

Gemiddeld valt er 600 mm neerslag. Echter grote verschillen in het enorme land.


Veel reliëf hoogte verschillen in het landschap

Slide 7 - Diapositive

Waarom is het in het noorden en westen van China droog?

Slide 8 - Diapositive

Ten zuiden van het Himalaya gebergte (bij India en Bangladesh) heb je loefzijde (nat) ten noorden ervan (China) heb je de lijzijde. 

Droog - steppe

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Hoogvlakte --> Plateau
 = gebied met weinig reliëf boven 500m NAP

Slide 11 - Diapositive

Let op:

Boven land verdampt ook veel water. Grote boom 'drinkt' 200 L water per dag.


Ook verdamping via meren, rivieren etc (oppervlakte water)

*EVOTRANSPIRATIE

Slide 12 - Diapositive

meeste 
verval en erosie

Slide 13 - Diapositive

Erosie 
en 
Sedimentatie

Slide 14 - Diapositive

Veel sedimentatie

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Waterkringloop: de voortdurende verplaatsing van water op aarde

Slide 17 - Diapositive

lange kringloop
  1. Water uit zee (gas - verdamping)
  2. Neerslag op land ( vloeibaar of sneeuw)
  3.  Of via grondwater of via oppervlakte water

Slide 18 - Diapositive

korte kringloop
  1. Water uit zee (gas - verdamping)
  2. Neerslag op zee ( vloeibaar of sneeuw)

Slide 19 - Diapositive

Stel neerslag valt in de duinen, is er sprake van de korte- of lange kringloop?
A
de korte kringloop
B
de lange kringloop
C
geen van beide
D
duinen tellen niet

Slide 20 - Quiz

Waar staat de letter Q voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen

Slide 21 - Quiz

Waar staat de letter R voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen

Slide 22 - Quiz

Waar staat de letter S voor?
A
Verdampen
B
Infiltreren
C
condenseren
D
Afstromen

Slide 23 - Quiz

Aan de slag
Teken alleen (A3) of samen (A2) de lange  en korte waterkringloop
Alle begrippen en vormen komen terug in de tekening
Met potlood en kleur op A3
afstromen, benedenloop, bovenloop, condenseren, grondwaterpeil, hoogvlakte, infiltratie, korte krinloop, lange kringloop, middenloop, regenwater, reliëf, smeltwater, verdamping, waterkrinloop, evotranspiratie
Klaar? 
Maken paragraaf 2.1 (huiswerk)

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive