Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.
Éléments de cette leçon
De kruistochten
De Kruistochten
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat de oorzaken, het verloop en gevolgen van de kruistochten zijn.
Slide 2 - Diapositive
Bekijk de cartoon, op de volgende slide en klik de link aan en de cartoon verschijnt met cijfers. Klik elk cijfer aan en bedenk het antwoord op de vraag.
tip 1:de cartoon is te situeren in de periode van de oorlog in Irak tegen Saddam Hoessein.
tip 2: zoek even op (op het internet) waarom de VS in Irak oorlog ging voeren.
Slide 3 - Diapositive
https:
Slide 4 - Lien
Noteer hieronder waarom jij denkt dat Bush hier voorgesteld wordt als een kruisvaarder?
Slide 5 - Question ouverte
Wie?
Wat?
Waar?
Wanneer?
Hoe?
Wat weet jij eigenlijk van de kruistochten?
Slide 6 - Carte mentale
Blijkbaar hebben de kruistochten iets te maken met Jeruzalem. We zoeken dit uit met een filmpje.
Slide 7 - Diapositive
0
Slide 8 - Vidéo
Waarom is Jeruzalem zo belangrijk voor de verschillende godsdiensten?
Slide 9 - Question ouverte
Waarom is Jeruzalem een belangrijke plaats voor de christenen
A
omdat Jezus daar leefde
B
omdat Jezus daar gestorven is
C
omdat de heilige Grafkerk daar staat
D
omdat de klaagmuur daar staat
Slide 10 - Quiz
Voor welke twee andere godsdiensten is Jeruzalem een heilige plaats (en waarom?)
Slide 11 - Question ouverte
Belangrijke rijken rond de middellandse zee in de vroege middeleeuwen
het Karolingische rijk
het Byzantijnse rijk
het Islamrijk
vul p. 197 nr. 1 aan
Slide 12 - Diapositive
Conflicten tussen de drie hoofdrolspelers zijn niet nieuw. Naar welke drie conflicten verwijzen deze hints?
vul p. 197
2 aan
Slide 13 - Diapositive
In de 11de ontaardt het conflict tussen het christendom en de islam in een Heilige oorlog
Paus Urbanus roept de christenen uit Europa op
doel: Bevrijden van het Heilig Land Palestina van de moslims
Slide 14 - Diapositive
0
Slide 15 - Vidéo
Hoe pakt Paus Urbanus het aan?:
Lees ook p. 199 doc.6 en beantwoord 6a en b
Slide 16 - Diapositive
uitdiepen met bronnen
Het vijandbeeld dat je in de voorgaande documenten zag, komt niet overeen met de inhoud van p. 198 doc. 2. Lees het en vul 4 a en b aan.
lees nu ook doc. 3 en doc. 7 en ontdek de geheime agenda van de paus en de wijze waarop de paus de mensen overtuigt om mee op kruistocht te gaan.
vul p.198 nr. 5 en p. 200 7 abcd aan
l
Slide 17 - Diapositive
sleep de argumenten van de paus naar het juiste kader
juist
fout
niet helemaal juist
God wil het
de Byzantijnse keizer is onze vijand
als je meegaat, ga je naar de hemel
wij willen de Byzantijnse keizer helpen omdat hij zijn rijk zou kunnen behouden
de moslims zijn de vijand van de christenen
Slide 18 - Question de remorquage
We kennen nu de motieven van de paus maar welke redenen hebben de deelnemers om in de kruistochten mee te stappen?
(Bedenk dat er wel al een traditie was van bedevaarten (p.197 doc.1))
Lees de bronnen op p.202 en onderlijn in elke tekst de motieven. Noteer daarna in de tabel onderaan aan welk domein je deze motieven kan toeschrijven.
Slide 19 - Diapositive
verloop van de kruistochten
Slide 20 - Diapositive
verloop van de eerste kruistocht
1095 - oproep van paus Urbanus
320.000 mensen, drie jaar op reis, slechts 40.000 komen aan
onderweg richt de haat zich ook op andere ketters zoals de Katharen en op de Joden.
Slide 21 - Diapositive
verloop van de eerste kruistocht
in 1099: eenmaal in Jeruzalem slachten de kruisvaarders de moslims af (terwijl christenen, joden en moslims daar vreedzaam naast elkaar leefden)
Slide 22 - Diapositive
Jeruzalem heroverd in 1099
Slide 23 - Diapositive
Video
Fragment: Kingdom of Heaven (2005)
Aanval op Jeruzalem (1187)
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Vidéo
de kruisvaardersstaten houden moeilijk stand
De Arabieren, die Jeruzalem ook als een Heilige stad zien, vechten terug.
De bekendste strijd is die tussen Richard Leeuwenhart & Saladin. (3de kruistocht 1192))
ook in andere steden en langs de route vindt veel geweld plaats.
tijdens de 4de kruistocht (1204) wordt Byzantium veroverd en geplunderd
in 1291 zijn alle kruisvaardersstaten in islamitische handen
Slide 26 - Diapositive
Zoek ook een kaart over de kruistochten in je atlas
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
filmpje: overzicht
Let op:
de groei van de verschillende rijken
de oorzaken van het conflict
de gevolgen
Slide 29 - Diapositive
0
Slide 30 - Vidéo
Wie liepen er NIET mee in de kruistochten
A
moslims
B
arme mensen
C
kinderen
D
soldaten
Slide 31 - Quiz
Wanneer waren de kruistochten?
A
0-500
B
0-1500
C
500-1000
D
1000-1500
Slide 32 - Quiz
Waarom werden de kruistochten georganiseerd?
A
Om het geloof te verspreiden.
B
Om Rome te bevrijden.
C
Om te vechten.
D
Om Jeruzalem te bevrijden.
Slide 33 - Quiz
Wat zijn: Kruistochten
A
Oorlog tegen de aanhangers van islam.
B
Tocht langs een kruispunt.
C
Gelovigen die lopend kruisen gingen verspreiden.
D
Een tocht naar een verboden gebied.
Slide 34 - Quiz
Wat past NIET bij kruistochten
A
Er vielen veel doden
B
Het Heilige Land werd voor tijdelijk veroverd
C
Het waren handelsreizen
D
De reis duurde jaren
Slide 35 - Quiz
Gevolgen van de kruistochten
vul op p.207 voor elk fragment het domein aan waartoe het behoort (=vraagje 10)
Slide 36 - Diapositive
Begrippen uit deze les
Kruistocht
Kruisvaardersstaat
Heilige land
Seldjoeken
Heilige Oorlog
Slide 37 - Diapositive
Jaartallen uit deze les
1000-1500 Volle en Late Middeleeuwen
1095 Oproep tot de eerste kruistocht
1099 verovering Jeruzalem
1054 Oosters schisma
1204 verovering van Byzantium
1453 herovering van Byzantium door de Turken
Slide 38 - Diapositive
Personen uit deze les
Urbanus II
Richard Leeuwenhart
Saladin
keizer Alexius
Slide 39 - Diapositive
Bij het begin waren er drie vragen: 1. Wat waren de oorzaken van de kruistochten? 2. Hoe verliepen de kruistochten? 3. Wat waren de gevolgen van de kruistochten? Beantwoord één van deze vragen met een goede tekst van minimum 3 en maximum 5 zinnen.
Slide 40 - Question ouverte
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 41 - Question ouverte
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen