VWO 3 chapitre 5 herhalingsles bron A,B,C,E

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

PROGRAMME

• Les buts
  
• Révision: vocabulaire A, B, E + phrases
• Révision: imparfait
  

Les buts

• Ik kan woorden uit de vocabulaire terugplaatsen in de juiste context.
• Ik kan Franse zinnen over vrije tijd aanpassen aan de situatie.
  

Révision

Herhaal de woorden en zinnen van vocabulaire A, B en E
(livre d'exercices p.40, 41)

Quizlet vocabulaire A

https://quizlet.com/_658cck?x=1jqt&i=1fpsze

Quizlet vocabulaire B

https://quizlet.com/_65h619?x=1jqt&i=1fpsze

Quizlet vocabulaire E

https://quizlet.com/_65h80c?x=1jqt&i=1fpsze

Wat betekent:

beaucoup de monde

1. vol, gevuld
2. de modeshow
3. veel mensen
4. je overdrijft

Wat betekent:

rempli

1. vol, gevuld
2. zeg mij
3. het is maandag
4. je overdrijft

Wat betekent:

dis-moi

1. daarentegen
2. zeg mij
3. het is maandag
4. je overdrijft

Wat betekent:

tu exagères

1. daarentegen
2. bijwonen
3. het is maandag
4. je overdrijft

Révision: vocabulaire A

Vul de tekst aan met woorden uit vocabulaire A.

Le week-end est fini,        1 

Dans la cantine de l'école il y a          2 

Meryem parle avec Khadija. Elles          3        une
soirée entre amies.

"           4           , Khadija, qu'est-ce que tu veux faire
vendredi soir?"

"Je veux manger avec mes amies. Tout le monde peut         5 un plat ou une boisson."

apporter

beaucoup de monde

préparent

nous sommes lundi

dis-moi

(1/3) Vertaal de Nederlandse zin naar het Frans.
Tu as passé une bonne semaine ?
Ja, super! Ik ben naar een voetbalwedstrijd geweest.

(2/3) Vertaal de Nederlandse zin naar het Frans.
Was het druk?
Oui, il y avait 15 000 personnes.

(3/3) Vertaal de Nederlandse zin naar het Frans.
Tu y étais avec qui ?
Ik was er met mijn vader.

L'imparfait

Combineer de personen met de juiste uitgangen van de imparfait

-ais

-ais

- ait

- ions

- iez

-aient

Je

Tu

il/elle/on

Nous

Vous

Ils / elles

Kies de juiste vervoeging:
Nous (avoir, imparfait)

1. avons
2. avions
3. aivons
4. avoins

Kies de juiste vervoeging:
vous (avoir, imparfait)

1. avions
2. avez
3. aviez
4. avons

Welke vorm is GEEN imparfait?

1. C'était
2. Nous chantons
3. Il y avait
4. Je voulais

Zet het werkwoord tussen haakjes in de imparfait.
Tu (regarder)
Nous (chercher)
Marc (trouver)
Vous (aller)

1. Quand (ik was) petit, je jouais du piano.
2. (Ik gaf) souvent des concerts pour les voisins.
3. (Mijn broer speelde) du violon.
4. (We droegen) nos plus beaux habits.
5. (Ik vond) ça vraiment super!

Zet onderstaande zinnen in de imparfait.
Je suis au concert.
Vous parlez anglais.
Elle a 15 ans.
Tu fais du sport?

Staat ook in 

jouw werkboek

p.22

sauvages

durée

en pleine nature

la côte

moyen

pistes

Au travail

Kies uit elke kolom één opdracht op basis van de emoji.

Vocabulaire A	Imparfait
Vocabulaire E	Vocabulaire B

Lukt nog niet zo goed

Lees eerst nog een keer de uitleg.

Speel daarna dit spelletje. 

Ik wil het nog oefenen

Maak zelf vijf zinnen in de imparfait. 
Gebruik hiervoor de voorbeelden bij bron C in jouw boek.

Gaat goed

Zin in een uitdaging? Klik dan hier. 

Moet ik nog leren

Leer de woordjes met deze Quizlet

Kan ik nog niet goed schrijven

Oefen het schrijven van de woordjes via deze link

Ken ik al goed

Speel zwaartekracht

Ik moet het nog leren

Leer de woordjes via deze link

Ik ben een pro, juf!

Check jouw kennis via deze link.

Kan ik nog niet goed schrijven

Oefen het schrijven van de woordjes via deze link

Ik moet het nog leren

Leer de woordjes via deze link

Kan ik nog niet goed schrijven

Oefen het schrijven van de woordjes via deze link

Ken ik al goed

Speel zwaartekracht