Zakelijke brief

Zakelijke brief 

Wat leer je?

1. Je kunt onderhoudende teksten schrijven en overtuigen met argumenten.

2. Je kunt de tekst juist indelen: inleiding, kern en slot.

3. Je kunt alinea’s maken en inhoudelijke verbanden expliciet* aangeven.

4. Je kunt  het woordgebruik en de toon aan het publiek aanpassen.

* nadrukkelijk, duidelijk, uitdrukkelijk

Wat weet je nog?

Een zakelijke brief heeft vaak een vaste indeling. 

Opdracht 1: vul de vragen 1-5 in.

Een zakelijke brief heeft vaak een vaste indeling.
Je begint de brief met ...

1. geadresseerde
2. betreft
3. afzender

Hier schrijf je de plaats waar en de datum waarop je de brief hebt geschreven.

1. slot
2. inleiding
3. dagtekening

Na het woordje plaats je een dubbele punt en daarna vermeld je het onderwerp van je brief.

1. betreft
2. geadresseerde
3. datering
4. aanspreking

Je begint deze alinea met een hoofdletter en je begint nooit met ‘ik’. In deze alinea geef je aan waarom je de brief schrijft.

1. kern
2. slot
3. inleiding

Je schrijft een zakelijke brief. Hoe spreek je de lezer aan?

1. Hallo meneer, mevrouw,
2. Beste heer/ mevrouw,
3. Hoogachtend meneer, mevrouw,

Je richt je brief aan iemand die bekend is

1. Beste heer J. Van Maler,
2. Beste heer Van Maler,
3. Beste meneer van Maler,
4. Beste heer J. van Maler,

De zakelijke brief beëindig je met

1. Groetjes,
2. Tot ziens,
3. Hoogachtend,
4. Met vriendelijke groet,