Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 5.3
Internationale handel
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
- Je kan aangeven welke rol Nederland heeft in de internationale handel
- Je kan aangeven welke rol Nederland heeft in de samenstelling van de import en export
Slide 2 - Diapositive
Wat weet je al over internationale handel?
Introductie
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Vidéo
Hoe berekenen we voor een land hoe belangrijk de export is?
Vraag
A
export : bbp
B
bbp : export
Slide 5 - Quiz
00:30
Wat bedoelen ze in het filmpje met de afkorting 'BBP'?
Vraag
Slide 6 - Question ouverte
Wat betekent 'arbeidsverdeling'?
voorkennis
Slide 7 - Carte mentale
De verdeling van het maken van producten over verschillende landen, noem je internationale arbeidsverdeling.
Internationale arbeidsverdeling maakt handel tussen landen nodig en maakt het mogelijk dat een land zich gaat toeleggen op het maken van producten die het best bij dat land passen.
5.3: Internationale handel
Aantekening
Slide 8 - Diapositive
Door internationale arbeidsverdeling:
ontstaat internationale handel
kan de welvaart stijgen
Internationale arbeidsverdeling ontstaat bijvoorbeeld door:
Verschil in klimaat tussen landen
Verschil in technische kennis tussen landen
5.3: Internationale handel
Aantekening
Slide 9 - Diapositive
Nederland handelt meer met de EU en buurlanden dan met andere landen
Nederland is een klein land met een open economie, dat wil zeggen dat Nederland veel handelt met het buitenland.
Een land met een gesloten economie maakt veel goederen en diensten zelf, en handelt weinig met het buitenland (bijv. Noord-Korea).
5.3: Internationale handel
Aantekening
Slide 10 - Diapositive
De mate waarin een land de import kan betalen van de export is te bepalen door de dekkingsgraad uit te rekenen:
export : import x 100 = dekkingsgraad
5.3: Internationale handel
Aantekening
p. 175
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Welke vraag is nog onbeantwoord?
ofwel; Heb je nog vragen/zijn er onduidelijkheden?