5.4 De Nederlandse Opstand gwp

de Nederlandse opstand
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

de Nederlandse opstand

Slide 1 - Diapositive

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 2 - Quiz

Lesdoel opstand
  • Ik kan uitleggen hoe de Nederlanden tussen 1500 en 1600 bestuurd werden
  • Ik kan twee oorzaken van de Nederlandse opstand noemen (waardoor de Nederlanders in opstand komen).
  • Kun je uitleggen hoe  de Nederlanders in opstand komen

Slide 3 - Diapositive

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 4 - Quiz

Erfopvolging
  • 14de: Bourgondiërs verwerven Nederlanden
  • Na de plotselinge dood van Karel de Stoute (1477) aast Lodewijk XI op de Nederlanden
  • Om sterker te staan trouwt Maria van Bourgondië met Maximiliaan van Habsburg
  • Hun zoon Filips de Schone trouwt met Johanna, de Spaanse kroonprinses
  • Zoon Karel V verenigt alle gebieden  in één groot rijk

Slide 5 - Diapositive

Het Habsburgse Rijk
  • Maria van Bourgondië
  • Maximiliaan van Oostenrijk 


  • Ferdinand van Aragon
  • Isabella van Castilië 

Slide 6 - Diapositive

De Nederlanden rond 1550

- onderdeel van het Habsburgse Rijk
- geleid door keizer Karel V
- zeventien gewesten met eigen wetten 

Gewesten werken samen in de Staten-Generaal
- Belastingen voor de vorst
- Advies aan de vorst


Slide 7 - Diapositive

Karel V landsheer 1515-1555
- versterkt centraal bestuur (centralisatiepolitiek)
- vervolging protestanten

Voor wie is dat een probleem? (en dus onvrede)
- groeiende macht en vervolgingen is bedreiging van de privileges van de bestuurders van steden 
- vervolgingen voor  protestanten

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Wie zou er waarschijnlijk eens zijn geweest met de Nederlandse opstand?
A
Luther
B
Calvijn

Slide 14 - Quiz

Wat was de beeldenstorm?
A
Vernielingen in de katholieke kerk
B
Beelden vernielen in de storm
C
De katholieke kerk slopen1
D
Storm vernielen met beelden

Slide 15 - Quiz

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Sleep de gebeurtenis naar het juiste jaartal!
1566
1568
1572
1581
1588
Begin van de opstand
De Beeldenstorm
Filips wordt afgezet als vorst
De noordelijke gewesten roepen de Republiek uit
Inname van Den Briel

Slide 20 - Question de remorquage

Successen voor de opstandelingen
Spaanse successen
1572
inname van Den Briel
1576
Pacificatie van Gent
1578
Alteratie van Amsterdam
1581
Plakkaat van Verlatinghe
1579
Unie van Utrecht
1584
moord op Willem van Oranje
1585
Val van Antwerpen
1588
uitroeping van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
1579
Unie van Atrecht
1588
Spaanse Armada wordt verslagen

Slide 21 - Question de remorquage

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Op het plaatje zie je een....
A
republiek
B
monarchie
C
koninkrijk
D
dictatuur

Slide 24 - Quiz

De Opstand begon in
A
1566 met de Beeldenstorm
B
1600 met de slag bij Nieuwpoort
C
1572 met de verovering van Den Briel
D
1568 met de slag bij Heiligerlee

Slide 25 - Quiz

Welke protestantse leider had het meeste succes in de Nederlanden?
A
Calvijn, want volgens hem was de vorst belangrijk.
B
Calvijn, want het volk mocht in opstand komen tegen vorst.
C
Luther, want volgens hem was de vorst belangrijk.
D
Luther, want het volk mocht in opstand komen tegen vorst.

Slide 26 - Quiz

Het aanbieden van het smeekschrift is een onderdeel van ...
A
de politieke oorzaken van de Opstand
B
de economische oorzaken van de Opstand
C
de godsdienstige oorzaken van de Opstand
D
de directe aanleiding van de Opstand

Slide 27 - Quiz

Wat zien we op de afbeelding?
A
Spaanse soldaten
B
Hagenpreken
C
De opstand
D
De beeldenstorm

Slide 28 - Quiz

Bij de alteratie van Amsterdam....
A
Sloot de stad zich aan bij de opstand
B
Werd de stad katholiek
C
Verloor Amsterdam de vrije handel
D
Werden daarna de katholieken opgehangen

Slide 29 - Quiz

In 1588 worden de gewesten van de Unie van Utrecht onafhankelijk. Hoe heet deze nieuwe staat?
A
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
B
De Republiek der Nederlanden.
C
Het koninkrijk der Zeven Verenigde Nederlanden.
D
Unie van Utrecht

Slide 30 - Quiz

De Republiek werd uitgeroepen in
A
1581
B
1576
C
1578
D
1588

Slide 31 - Quiz

Wat is geen oorzaak van de Nederlandse opstand?
A
Nederlandse burgers willen stemrecht.
B
Er is honger in de Nederlanden.
C
De adel heeft minder macht.
D
Ketter vervolgingen.

Slide 32 - Quiz

Wat is de beeldenstorm?
A
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de katholieke kerk.
B
Het vernielen van beelden en kostbaarheden van de protestante kerk.
C
Het neerzetten van velen beelden in de katholieke kerk.
D
Een storm die alles verwoestte in de Nederlanden.

Slide 33 - Quiz