Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
planning
3.2 veiligheid en milieu
je leert: welke gevaren stoffen kunnen hebben voor mens en milieu
Slide 1 - Diapositive
Gevaarlijke stoffen
Slide 2 - Diapositive
Veiligheids-pictogrammen
Sinds een aantal jaar hebben we nieuwe pictogrammen. Vroeger waren de oranje, tegenwoordig hebben ze een rode rand.
Slide 3 - Diapositive
Sinds 2010 gebruiken we de GHS-symbolen.
GHS betekent Globally Harmonised System
Slide 4 - Diapositive
Reinigingsmiddelen
Schoonmaakmiddelen kunnen ook gevaarlijk zijn. Bleekwater met chloor is irriterend en spiritus is licht ontvlambaar. Op schoonmaakmiddelen zie je daarom ook pictogrammen staan.
Slide 5 - Diapositive
GHS symbolen
Niet mengen.
Deze stof niet in combinatie met andere stoffen gebruiken.
Slide 6 - Diapositive
Stoffen en veiligheid
Inslikken: ammonia, bleekmiddel
(beschadiging van de slokdarmen en
maag)
Aanraken: ammonia, insecticiden en bleekmiddel
(De huid kan beschadigen
of de stoffen kunnen via de huid in je
lichaam terecht komen)
Slide 7 - Diapositive
Stoffen en veiligheid
Inademen: koolstofmonoxide (kolendamp)
Komt vrij bij CV ketels gashaarden en geisers.
Je kunt het niet ruiken.
Is dodelijk.
aardgas
is geurloos.
Er wordt een geurtje aan toegevoegd zodat je gewaarschuwd wordt.
Slide 8 - Diapositive
Stoffen en veiligheid
Inademen: verf
Bij sommige soorten verf en lijm komen
schadelijke dampen vrij.
Een goed ventilatie is belangrijk.
Chloor in combinatie met zuur.
(chloorgas)
Meng nooit verschillende stoffen.
Slide 9 - Diapositive
Stoffen en veiligheid
Brand en explosie gevaar:
benzinedamp, terpentine,
spiritus
aardgas.
na een gasexplosie
Slide 10 - Diapositive
Dosis
De hoeveelheid die je van een stof binnenkrijgt heet de dosis. Bij een te kleine dosis werken medicijnen niet goed. Bij een te grote dosis kunnen medicijnen schadelijk voor je lichaam zijn.
Slide 11 - Diapositive
Dosis
Slide 12 - Diapositive
Hergebruik of recycling
Bij hergebruik gebruik je producten in hun eigen functie opnieuw. De bank in het leerhuis is ooit door iemand naar de kringloop gebracht, en nu gebruiken wij hem weer.
Bij recycling geef je oude producten een nieuwe functie. Dus van oude plastic flessen worden nieuwe elektriciteitsbuizen gemaakt.
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Afval
DE productie van afval is de afgelopen 60 jaar enorm toegenomen
Slide 15 - Diapositive
Afval
Verschillende soorten afval
Slide 16 - Diapositive
Voordeel hergebruik & recycling?
Schonere wereld
Daling van afval & afvalkosten
Minder nieuwe grondstoffen nodig
Minder aardolie nodig
Minder landbouwgrond nodig (meer ruimte voor voedsel productie)
Daling uitstoot van broeikasgassen
Slide 17 - Diapositive
Verwerking van Afval
recyclen.
Recyclen is van afval bruikbare producten maken.
Afval gescheiden inzamelen.
Glas --- nieuw glas
Papier---- nieuw papier
Plastic----- vuilniszakken, tuinplanken/paaltjes.
Groente fruit en tuinafval-----compost (mest)
Textiel---- papier
Klein chemisch afval. (niet herbruikbaar)
grof vuil (niet herbruikbaar)
Elektrische apparaten
Restafval (niet herbruikbaar)
Metaal(auto’s)---- blik, nieuwe auto’s
Slide 18 - Diapositive
The ocean clean up
In de volgende slide kun je een video bekijken hoe de ocean clean up werkt.