Oeroeg

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Historische literatuur


'Oeroeg was mijn vriend.' Zo begint het aangrijpende verhaal van de vriendschap tussen een Indonesische jongen en de zoon van een Nederlandse administrateur in het Nederlands-Indië van voor de Tweede Wereldoorlog. Geleidelijk groeien de twee jongens uit elkaar.

Slide 2 - Diapositive

Hella S. Haasse
(1918, Batavia - 2011, Amsterdam)

Slide 3 - Diapositive

  • +/- 1600 tot 1799 - Indië was in handen van de V.O.C.
  • 1799 - Indië wordt overgedragen aan de Nederlandse overheid.
  • 1799 - 1942 - Nederlands Indië
  • 1942 - Japan valt Indië binnen - 'Jappenkampen'
  • 1945 - Japan capituleert, Soekarno roept onafhankelijkheid van het land Indonesië uit.
  • 1945 tot 1949 - 'politionele acties'
  • 1949 - Onder internationale druk vertrok Nederland definitief uit Indonesië.
  • 1953 - Familie Pasman vertrekt naar Nederland
  • 1945 tot 1968 - 'repratiëring' van Indische Nederlanders

Slide 4 - Diapositive

Structuur:
Achteraf vertellende ik-figuur.

Setting:
NL-indië voor WO2 en in het begin van de onafhankelijkheid

Symboliek:
Oeroeg kan symbool staan voor Indonesië.

Slide 5 - Diapositive

Telega Hideung:
Het legendarische oord van de boze geesten, vervolgens de plaats waar Oeroegs vader is verdronken, dan een unheimische plek waar de kleur van de bodem aan geronnen bloed doet denken, en ten slotte een symbool voor de ondoorgrondelijkheid van Oeroeg en het Indonesische nationalisme.

Slide 6 - Diapositive

Thema's:
Vriendschap


Motieven:
Eenzaamheid
Kolonialisme

Leidmotief:
Telega Hideung

Slide 7 - Diapositive

Wie/wat is 'Telaga Hideung'?
A
De vader van Oeroeg
B
Het meer
C
Het dorpje waar Oeroeg woont
D
De villa waar de familie van de ik-figuur woont

Slide 8 - Quiz

Telega Hideung:
Het legendarische oord van de boze geesten, vervolgens de plaats waar Oeroegs vader is verdronken, dan een kille plek waar de kleur van de bodem aan weggevloeid bloed doet denken, en ten slotte een symbool voor de mysterieuze Oeroeg en het Indonesische nationalisme (als hij denkt Oeroeg daar te zien).

Slide 9 - Diapositive

Waarom is het plan om te gaan zwemmen in het meer veel te gevaarlijk?

Slide 10 - Question ouverte

Hoe heet het hoofdpersonage van Oeroeg?
A
Johan
B
Jan
C
Karel
D
Dat weet je niet.

Slide 11 - Quiz

Welk vertelperspectief heeft dit verhaal?
A
Belevend-ik
B
Vertellend-ik
C
Personaal
D
Alwetend

Slide 12 - Quiz

Is het vertelperspectief betrouwbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Welke belangrijke les over discriminatie leert Gerard Stokman aan de ik-figuur?
timer
2:00

Slide 14 - Question ouverte

Wie is Lida?
A
De moeder van Oeroeg
B
De moeder van de ik-figuur
C
De verzorger van Oeroeg & de ik-figuur
D
De vriendin van Oeroeg

Slide 15 - Quiz

Voor wie zorgt Lida het beste, Oeroeg of de ik-figuur?
A
Oeroeg
B
Ik-figuur

Slide 16 - Quiz

Waarom is er dat verschil?

Slide 17 - Question ouverte

Waarom is de historische tijd zo belangrijk in dit verhaal (vermeld ook om welke historische tijd het gaat)?
timer
1:30

Slide 18 - Question ouverte

Is het verhaal chronologisch geschreven?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Deel 2
  • LessonUp beide delen
  • Gister digitaal? Vandaag fysiek deel 2

Slide 20 - Diapositive

Waarom is Gerard meer een vaderfiguur dan de echte vader van de ik-figuur?

Slide 21 - Question ouverte

Heeft het verhaal een open of gesloten einde?
A
Open
B
Gesloten

Slide 22 - Quiz

Is Oeroeg een held of een anti-held?
A
Held
B
Anti-held

Slide 23 - Quiz

Welke ruimtes zijn belangrijk in het verhaal? Noem er één.

Slide 24 - Question ouverte

Wie is meneer Bollinger?
A
De leraar van de ik-figuur
B
De vader van de ik-figuur
C
De nieuwe vriend van de moeder van de ik-figuur
D
De directeur van de school

Slide 25 - Quiz

Hoeveel tijd verstrijkt er in het boek?
A
Ongeveer 12 jaar
B
Ongeveer 23 jaar
C
Ongeveer 35 jaar
D
Ongeveer 50 jaar

Slide 26 - Quiz