Christendom

Christendom
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Christendom

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo


Jezus van Nazareth


  • Jezus is een Joodse man die rondreist in de streek Palestina en vertelt dat God goede mensen beloont en slechte mensen straft.
  • Jezus krijgt veel aanhangers. 
  • De Romeinen vinden hem daarom gevaarlijk. Ze nemen hem gevangen en kruisigen hem.

Slide 3 - Diapositive


Christenen

  • De volgelingen van Jezus noemen zichzelf christenen
  • Deze naam komt van Christus, dat 'gezalfde' betekent.  
  • Jezus wordt door zijn volgelingen zo genoemd. 
  • Zij geloven in de woorden die Jezus (via zijn leerlingen) aan hen heeft gegeven: 'Iedereen is gelijk voor God en voor ieder goed mens is er een plek in de hemel'.

Slide 4 - Diapositive


Staatsgodsdienst

  • In 380 gebeurt er iets bijzonders: keizer Theodosius verplicht iedereen om christen te worden. 
  • Het christendom wordt staatsgodsdienst.
  • Iedereen die niet christen is wordt vervolgd .
Romeinse munt met het hoofd van Theodosius I de Grote

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Aantallen wereldwijd

Totaal: 2,184,060,000


Katholieke kerk: 1,094,610,000 (50.1%)
Protestante kerk: 800,640,000 (36.7%)
Orthodoxe kerken: 260,380,000 (11.9%)
Overige christenen: 28,430,000 (1.3%)

Slide 10 - Diapositive

Welke keizer verhief het christendom in het jaar 380 tot staatsgodsdienst?
A
Maxentius
B
Constantijn de Grote
C
Theodosius
D
Caesar

Slide 11 - Quiz

Hoe komt het dat vooral arme mensen christen werden?
A
De christenen zorgden ervoor dat arme mensen omgekocht werden. Als zij christen zouden worden, kregen ze een groot geldbedrag.
B
Rijke mensen hadden een betere opleiding gehad. Daarom geloofden ze de dingen die de christenen vertelden, niet zo makkelijk.
C
Christenen hielpen elkaar. Als er één ziek werd of in de problemen kwam, hielpen de anderen hem.
D
Christenen geloven dat je in de hemel komt als je goed geleefd hebt. Arme mensen hadden een zwaar leven. Zij vonden het fijn dat er na de dood een prettiger leven zou komen.

Slide 12 - Quiz

De Romeinen zagen de christenen als een groot probleem.
Waarom?
A
Zij wilden de keizer niet als god vereren
B
Zij weigerden de Romeinse goden te vereren
C
De Romeinen waren bang dat de christenen ongeluk zouden brengen

Slide 13 - Quiz

Een staatsgodsdienst is...
A
Geloof waarvan iedereen aanhanger moet zijn
B
Verboden geloof
C
Geloof waarvan de keizer een aanhanger is
D
een ander woord voor het christendom

Slide 14 - Quiz

De paus is...
A
Een geestelijk leider van de joden
B
Een monnik
C
De geestelijk leider van de christenen

Slide 15 - Quiz

Welke kerk komt in Nederland weinig voor?
A
Rooms Katholiek
B
Protestants
C
Oost Orthodoxe
D
Anglicaans

Slide 16 - Quiz

De Bijbel is het meest verkochte boek op aarde?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Uit hoeveel boeken bestaat de Bijbel?
A
2
B
66
C
50
D
4

Slide 18 - Quiz

wat betekent
Evangelie?
A
Bloem
B
Bijbelboek
C
Boek der boeken
D
Goed Nieuws

Slide 19 - Quiz