Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Kennistest word
Slide 1 - Diapositive
Met welke SNELTOETS kun je jouw document opslaan?
A
F11
B
CRTL+S
C
ALT+S
D
SHIFT+S
Slide 2 - Quiz
Met welke SNELTOETS kun je de tekst vet maken?
A
CTRL+B
B
CTRL+C
C
CTRL+N
D
CTRL+U
Slide 3 - Quiz
Via welk tabblad in het lint kun je Bronvermelding toevoegen
A
Ontwerpen
B
Indeling
C
Invoegen
D
Verwijzingen
Slide 4 - Quiz
Je wilt een lettergrootte van 21,5 instellen.
KAN DIT?
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quiz
Kun je document direct in One drive opslaan?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Hoe kan je een word-document direct als bijlage in outlook hangen?
A
Je moet het eerst opslaan
B
via delen
C
via afdrukken
Slide 7 - Quiz
Wat gebeurt er als je op de PgDn toets drukt?
A
De tekst wordt een paginalengte verschoven
B
De cursor invoegpositie wordt naar de volgende pagina verplaatst
C
De tekst een schermhoogte verschoven
D
De cursor invoegpositie wordt 25 tekstregels verplaatst
Slide 8 - Quiz
Wat is nodig om automatisch een inhoudsopgave te genereren ?
A
Het document moet van paginanummer zijn voorzien
B
Boven ieder hoofdstuk moet een hoofdstuknummer staan
C
Het document moet tekst bevatten met de stijlen kop 1 en of kop 2 ect..
D
Word kan geen automatische inhoudsopgave maken
Slide 9 - Quiz
Je hebt een tekst ingetypt, maar had per ongeluk de CAPS LOCK aanstaan. je selecteert de betreffende tekst. met welke sneltoets combinatie kun je vervolgens de letters weer klein maken?
A
ALT+F3
B
CTRL+F3
C
SHIFT+F3
Slide 10 - Quiz
In een document van vijf pagina's wil je dat alleen de derde pagina liggend is. Welke van de onderstaande mogelijkheden gebruik je hiervoor?
A
Een Thema
B
De afdrukoptie aangepaste afdruk
C
Een sectie
D
Het is niet mogelijk om één pagina liggend te maken, terwijl de andere staand zijn
Slide 11 - Quiz
Je hebt een woord geselecteerd. Het woord is geheel opgemaakt naar je wensen en je wilt graag dat andere woorden deze opmaak ook krijgen. Met welke sneltoets kun je de opmaak van het woord kopiëren?
A
CTRL+O
CTRL + P
B
CTRL+SHIFT+O
CTRL + SHIFT + P
C
CTRL+C
CTRL + V
D
CTRL+SHIFT+C
CTRL + SHIFT + V
Slide 12 - Quiz
hoe kom je bij tabblad in het lint Afbeeldingsopmaak?
A
Klik op een plaatje
B
Via lint aanpassen
C
Bij afdrukken
D
Via start
Slide 13 - Quiz
Op welk tabblad moet u klikken om een tabel in te voegen?
A
Invoegen
B
Pagina indeling
C
Indeling
Slide 14 - Quiz
Als je op DICTEREN klik
A
wordt de getypte tekst op gelezen
B
Wordt de gesproken tekst getypt
Slide 15 - Quiz
Op welk tabblad moet u klikken om je tekst te laten Voorlezen?
A
Start
B
Verwijzingen
C
Controleren
D
Indeling
Slide 16 - Quiz
Op welk tabblad moet u klikken om Tabellen toe te voegen?