Regenboog

De regenboog
Als het regent, zie je soms een regenboog aan de hemel. Er zijn wel duizend miljoen druppels nodig voor één regenboog. De kleuren van de regenboog zijn rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
TechniekBasisschoolGroep 4,5

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

De regenboog
Als het regent, zie je soms een regenboog aan de hemel. Er zijn wel duizend miljoen druppels nodig voor één regenboog. De kleuren van de regenboog zijn rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.

Slide 1 - Diapositive

Zie je een regenboog in de lucht?
Als het regent, zie je soms een regenboog aan de hemel.
Aan de ene kant zijn er wolken, aan de ander kant schijnt de zon.

Slide 2 - Diapositive

Zie je een regenboog in de lucht?
Als het regent, zie je soms een regenboog aan de hemel.
Aan de ene kant zijn er wolken, aan de ander kant schijnt de zon.

Slide 3 - Diapositive

De zon schijnt op de druppels in de lucht.
Als de zon op de regendruppels schijnt, komt er een regenboog.
Er zijn wel duizend miljoen druppels nodig voor één regenboog. 

Slide 4 - Diapositive

Het licht van de zon lijkt wit
In het licht van de zon zitten kleuren.
Maar die kleuren zie je niet.
Zonlicht lijkt wit.
In een regenboog zie je de kleuren wel.
Ze komen tevoorschijn omdat het licht door de waterdruppels gaat. 

Slide 5 - Diapositive

Een druppel in de zon krijgt 7 kleuren
Een lichtstraal gaat rechtdoor in de lucht.
Maar hij kan niet recht door water heen.
Het water trekt de lichtstraal uit elkaar.
Je ziet dan 7 kleuren licht.

Slide 6 - Diapositive

Wat zijn de 7 kleuren van de regenboog?
De kleuren van de regenboog zijn rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.
Bovenaan zie je rood, helemaal onderaan violet.
In het rood gaat het licht heel snel door de druppels heen, in het violet heel langzaam. 

Slide 7 - Diapositive

Je kijkt naar een regenboog.
Waar is de zon?
Je ziet alleen een regenboog als je met je rug naar de zon staat.
De regenboog is voor je, de zon is achter je.
Het licht dat door de waterdruppels gaat, komt weer naar je terug.
Daardoor zie je de kleuren.

Slide 8 - Diapositive

Soms zijn er twee regenbogen.
Als er twee regenbogen zijn, zie je een tweede regenboog boven de eerste.
In de onderste regenboog zie je bovenaan rood en onderaan violet.
In de bovenste regenboog is het precies omgekeerd. 

Slide 9 - Diapositive

Soms zie je een regenboog vlak bij de grond.
Ook als het niet regent, zie je soms een regenboog.
Bijvoorbeeld in de waterstraal van een tuinslang of in een fontein.
Voor een regenboog is een regen van druppels nodig.
Maar dat hoeven geen regendruppels uit de wolken te zijn.
Overal waar de zon op druppels schijnt, kan een regenboog komen. 

Slide 10 - Diapositive

Zeepbel
In een zeepbel zie je soms de kleuren van de regenboog. 
Je ziet geen echte regenboog. 
Wat je ziet, is het spel van de kleuren.
Ze dansen in het rond. 

Slide 11 - Diapositive

Filmpje (0.41 min)
Denk je dat licht wit is? Fout! Zonlicht bestaat uit zeven verschillende kleuren, die je goed kunt zien in de regenboog.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Filmpje: (7.19 min)
Hoe ontstaan de kleuren van een regenboog? 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Evaluatie 

Slide 16 - Diapositive

Is de zin waar of niet waar?

Een regenboog heeft 7 kleuren.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Is de zin waar of niet waar?

Bovenaan in de regenboog is de kleur violet.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Is de zin waar of niet waar?

Je kunt een regenboog alleen zien als je met je rug naar de zon staat.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Is de zin waar of niet waar?

Je kunt een regenboog alleen zien als je met je rug naar de zon staat.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Is de zin waar of niet waar?

In een zeepbel kun je de kleuren van de regenboog zien.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Bedankt voor je inzet in de les.
Als de bel gaat: 
  • Schuif je stoel aan
  • Ruim je spullen op en neem ze mee
  • Verlaat het lokaal rustig

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Lien

Slide 24 - Lien

Slide 25 - Lien