Herhaling examen

Herhaling

H4

Oorzaken van de oorlog

• Volgens Hitler wilde het Duitse volk revanche voor de Eerste Wereldoorlog
  
  

• Hitler breidde Duitsland voornamelijk uit in gebieden waar veel Duitssprekenden woonden. 
  
  
• Daarnaast wilde Hitler lebensraum voor het Duitse volk en wilde Oost-Europa toevoegen aan zijn rijk. 

 Engeland en Frankrijk zijn terughoudend in hun reactie: zij zitten niet te wachten op een nieuwe oorlog.

Capitulatie Europa

• In 1939 valt Duitsland Polen aan. Voorjaar van 1940 beginnen de Duitsers met het oprollen van Europa. Dit noem je de Blitzkrieg. 
  
  
  • 1940 Slag om Engeland. Onder leiding van Winston Churchill wisten de Engelsen de Duitsers te weren. 
    
    
  • Toch bleven de Duitsers maandenlang Engeland maandenlang bombarderen. 

1940

1940

1940

1940

1939

1941

1940

Operatie Barbarossa 1941

• 1941 Duitse aanval op de Sovjet-Unie.
• Hitler heeft de 'Lebensraum' en de  grondstoffen nodig voor zijn volk, zoals olie en graan. 
• Duitsers rukten op naar Leningrad (Sint-Petersburg) en Moskou, maar werden daar tot staande gehouden. 
• Het gevolg was dat SU zich aansloot bij de geallieerden.

Einde van de oorlog (1)

• De verkeerde afslag genomen. 
• Door de ijzige kou en slechte bevoorrading wordt het Duitse leger verpletterend verslagen. Hitler moet opgeven: Stalingrad blijkt niet te veroveren.
• Het wordt een keerpunt in de oorlog: de Sovjet-Unie begint met het terugdringen van het Duitse leger.

Het einde van de oorlog (2)

• Met de invasie in Normandië kwam er eindelijk
   een front in het Westen, iets waar Stalin lang om had verzocht.
• De D in D-Day staat voor Decision (beslissing)
• 1945 Zelfmoord Hitler, Duitsland capituleert.

Deel van Duitsland

• 1940, na bombardement Rotterdam: Reichskommissariat Niederlande
• De Oostenrijker Arthur Seyss-Inquart wordt Reichskommisar. 
  
• De Duitsers gedragen zich vriendelijk en er is weinig weerstand van de Nederlandse bevolking. 
• Nederlanders zijn ook Germanen en vallen wel voor het gedachtegoed van de nazi's. 

Politieke veranderingen 

• Om niet in de handen van de Duitsers te vallen, wijkt een groot deel van de Nederlandse regering uit naar Engeland.
• Ambtenaren worden opgedragen om te blijven werken onder de bezetter. 
• De democratie wordt afgeschaft en de rechtsstaat komt buiten werking te staan. 
• NSB van Mussert collaboreert met de Duitsers. 

Februaristaking

• De eerste grote verzetsactie in 1941 tegen de Duitse bezetter in Nederland.
• Aanleiding waren de razzia's in Amsterdam, als reactie op de moord op een NSB-er.
  
• De staking was het enige massale en openlijke protest tegen de Jodenvervolging in heel bezet Europa.
• "Handen af van onze Joden". 

Nederlanders

• Wanneer je samenwerkt met de bezetter noem je dat collaboratie.
  
  
• Verspreiden van illegale kranten, onderduikers verbergen en persoonsbewijzen vervalsen.
  
  
  
• Maar de meeste mensen pasten zich aan en probeerden niet op te vallen. 

Hongerwinter

• In 1944  was een deel van Nederland al bevrijd. Maar het noorden en westen van Nederland was nog bezet. 
• De spoorwegstaking zorgde er ook voor dat dit gedeelte niet kon worden bevoorraad. 
• 20.000 mensen overleefden de hongerwinter niet. 

De Bevrijding

• De bevrijding wordt tegenwoordig gevierd op 5 mei, maar Nederland werd niet overal op 5 mei bevrijd.  Zuid-Nederland was al in 1944 bevrijd, terwijl West-Nederland nog bezet was. 
• Na de bevrijding werden landverraders hard aangepakt. 
• We spreken dan ook wel van bijltjesdag.

Oorzaken oorlog

• Japan was een moderne, dichtbevolkte industriestaat. 
  
  
• Beschikte zelf over weinig grondstoffen. 
  
  
• Steenkool, olie en rubber moesten uit het buitenland worden gehaald.
  
  
• Japanse ras was superieur. 

1937

Japan valt o.a. Beijing en Shanghai binnen. 

1910

Japan valt Korea binnen.

1931

Steenkoolrijke Mantsjoerije wordt binnengevallen. 

Japanse aanval op Pearl Harbor

• Amerika kondigt een olie- en staalembargo af tegen Japan. 
•  Uit woede valt Japan de Amerikaanse marinebasis op Hawaï (Pearl Harbor), volkomen bij verrassing, aan. 
• De Verenigde Staten verklaren Japan de oorlog (en de andere asmogendheden). 
• Japan geeft zich pas over als er twee atoombommen zijn gevallen. 

Bezet Indonesie

• Nederland verliest de Slag in de Javazee. 
  
  
• De Japanners bezetten Nederlands-Indië. 
  
  

• "Azië voor de Aziaten!"
  
  
• Nederlanders worden in Jappenkampen gezet, maar ook veel Indonesiërs worden onderdrukt door de Japanners.  
  
  
• Birma spoorlijn. 

Hieronder staan vijf gebeurtenissen waar het Koninkrijk der Nederlanden mee te maken kreeg tijdens de Tweede Wereldoorlog:

▻Geef per gebeurtenis aan welk jaartal van de tijdbalk daarbij hoort. 

Let op! Elk jaartal mag maar één keer gebruikt worden. Er blijft één jaartal over.

1940

1941

1942

1943

1944

1945

De Februaristaking breekt uit in Amsterdam.

1

Het staatshoofd gaat in ballingschap in Londen.

4

Duitsland geeft zich over, maar Japan vecht door.

2

Tijdens operatie Market Garden proberen geallieerde soldaten een

brug over de Rijn te veroveren.

5

Het Japanse leger valt Indonesië binnen.

3

Gebruik de bron

Het lied gaat over het beleid van de Nederlandse regering.

▻Welke beslissing van de regering past bij het lied? 

▻En hoe dacht de regering de vrede te behouden?

1. beslissing tot capitulatie vrede door bondgenootschappen
2. beslissing tot capitulatie vrede door neutraliteit
3. beslissing tot mobilisatie vrede door bondgenootschappen
4. beslissing tot mobilisatie vrede door neutraliteit

Gebruik de bron

De pijlen geven op elke kaart een militaire aanval weer. 

▻Op welke kaart is operatie Barbarossa te herkennen?

1. kaart 1
2. kaart 2
3. kaart 3
4. kaart 4

Gebruik de bron

Afbeelding 1 en 2 gaan over dezelfde gebeurtenis.

▻Welke gebeurtenis is dat?

1. de aanval op Pearl Harbor
2. de Blitzkrieg in Polen
3. de invasie in Normandië
4. de slag bij Stalingrad

Gebruik de bron

Wat is de reden dat de generaal in een shock verkeert?

 ▻Hij verkeert in een shock omdat hij 

1. bij de graven van de gesneuvelde soldaten van D-Day is.
2. de slachtoffers ziet van een bombardement op een Duitse stad.
3. de verwoestingen ziet van de atoombom op Hiroshima.
4. in een bevrijd concentratiekamp in Duitsland is.

▻Geef per boek aan welke omschrijving daarbij hoort. Let op! Er blijven twee omschrijvingen over.

Eenzaam in de oorlog

Eddy weet: hij is nergens meer veilig. Gescheiden van zijn ouders woont hij bij vreemde mensen. Steeds weer naar een ander adres. Achttien in totaal. Omdat hij zo vaak hoest, vormt hij een gevaar voor anderen en voor zichzelf. Lukt het om uit handen van de Duitsers te blijven?

Dromen van vrijheid

Als Marja wakker wordt, weet ze meteen dat er iets mis is. Samen met haar oudere broer Peter sluipt ze naar de woonkamer. Door de gordijnen ziet ze Japanse soldaten met een zwaar kanon door hun straat lopen.

Opgejaagd

Maira woont met haar hele gezin in een woonwagen. Het leven wordt steeds moeilijker. Op een ochtend bonst de politie hard op de deur en wordt het gezin afgevoerd naar Westerbork. Na drie dagen in het doorvoerkamp wordt het gezin op transport gezet. Vanachter een barak ziet Maira hoe haar gezin de trein instapt en dat de deuren van de wagons worden dichtgeschoven en vergrendeld.

Bommen op ons huis

Fien is wakker geworden van de Duitse vliegtuigen. De oorlog is nu begonnen! Eerst vindt zij het vooral spannend. Vier dagen later denkt Fien daar heel anders over. Bommen vallen op haar stad en haar huis en ze raakt alles kwijt.

bezetting van Indonesië

bombardement op Rotterdam

deportaties

gedwongen tewerkstelling

onderduiken

slag om Arnhem

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Sinterklaas bij een intocht in 1941 begroet door de jongerenbeweging van de NSB. Sinterklaas was ook aanwezig bij een concert voor kinderen van Nederlanders die vrijwillig voor de nazi's vochten. Dit alles werd uitgezonden in het bioscoop-journaal.

Hiernaast staan zes begrippen die gaan over Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.

▻Welke twee begrippen horen bij de tekst hierboven over de intocht van Sinterklaas?

Deze begrippen herken je in de bron.

capitulatie

propaganda

collaboratie

mobilisatie

censuur