H3C: spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma- 17-03-25

Welkom H3C
Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens,                                                                                                                    puntkomma
timer
2:00
Deze spullen heb ik nodig:

  • Leesboek
  • Werkboek (theorie boek Nederlands)
  • Etui
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom H3C
Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens,                                                                                                                    puntkomma
timer
2:00
Deze spullen heb ik nodig:

  • Leesboek
  • Werkboek (theorie boek Nederlands)
  • Etui

Slide 1 - Diapositive

Herhaling regels 
  • Nieuwe periode: nieuwe kansen
  • Als ik aan het woord ben zijn jullie stil 
  • Heb je een vraag of wil je wat zeggen? --> steek je vinger op
  • Maar: heb je een vraag tijdens mijn uitleg: schrijf deze op en wacht tot het 'vragenmoment' 
  • Breek je deze regels: na twee streepjes achter je naam: kom je vanmiddag 40 minuten om 15:30 uur op mijn after-party  

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 3 - Diapositive

Mededeling/ herinnering
  • Aanstaande vrijdag 21 maart: SO 
Leerstof:  
§10 woordsoorten (cursus 5): die, dat, wie, wat
§2 spelling (cursus 7): trema, apostrof, accenten en cedille
§3 spelling (cursus 7): met of zonder n
§4 spelling (cursus 7): getallen
§5 spelling (cursus 7): woorden korter maken
§6 spelling (cursus 7): komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma 








Op Magister bij 21 maart: 
- antw. lesboek
- extra oefeningen (links)
- links met extra uitleg
- links naar de PPT's van de lessen


Slide 4 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 5 - Diapositive


Eerst... 
lekker 10 minuten lezen! 
timer
10:00

Slide 6 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 7 - Diapositive

HW voor vandaag was:
  • Maken: §5: opdrachten 1 t/m 5, p. 250 & 251
  • In je boek of bij de online taken  



Slide 8 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 9 - Diapositive

Terugblik - 
woorden korter schrijven

Slide 10 - Diapositive

Wat betekent dit?
m.n.
Geef ook aan of het een afkorting, letterwoord, initiaalwoord, verkorting of symbool is.

Slide 11 - Question ouverte

Wat betekent dit?
aso
Geef ook aan of het een afkorting, letterwoord, initiaalwoord, verkorting of symbool is.

Slide 12 - Question ouverte

Wat betekent dit?
km
Geef ook aan of het een afkorting, letterwoord, initiaalwoord, verkorting of symbool is.

Slide 13 - Question ouverte

Wat betekent dit?
vip
Geef ook aan of het een afkorting, letterwoord, initiaalwoord, verkorting of symbool is.

Slide 14 - Question ouverte

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 15 - Diapositive

Leerdoelen

  • Aan het einde van de les: 

Weet ik: 
hoe ik komma's gebruik;
hoe ik dubbele punten gebruik;
hoe ik aanhalingstekens gebruik;
hoe ik puntkomma's gebruik, 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wat weet je nog?
Op de volgende slides krijg je zinnen te zien zonder hoofdletters, leestekens en aanhalingstekens. Neem de zinnen over en gebruik hoofdletters, leestekens en aanhalingstekens. 

Slide 21 - Diapositive

ha vincent zei ilonka wat gezellig dat je er weer bent

Slide 22 - Question ouverte

bij de italiaan staat van alles op het menu pizza pasta en tiramisu

Slide 23 - Question ouverte

Lastige leestekens
Leestekens helpen bij het lezen van een tekst. Wanneer gebruik je leestekens?


Komma: geeft een rust in de zin aan.
  • voor of na een aanspreking: Maud, wil je mij de boter aangeven?
  • tussen de delen van een opsomming: Morgen ga ik fietsen, wandelen en zwemmen.
  • tussen twee persoonsvormen: Omdat de kraan al een tijdje lekt, heb ik de loodgieter gebeld.
  • tussen de hoofdzin en een bijzin, als de delen lang zijn: Joppe gaat naar Frankrijk op vakantie, omdat hij van het weer houdt.
  • voor en achter een bijstelling: Pablo Picasso, de beroemde schilder, overleed in 1973. 

Slide 24 - Diapositive

Lastige leestekens
Dubbele punt: kondigt iets aan.
  • een citaat (directe rede): De jongen vroeg: 'Waar is het zwembad?'
  • een gedachte: Toen Lara naar buiten keek, dacht ze: ik wacht wel tot de bui over is.
  • een opsomming: Alinda leest van alles: romans, thrillers en stripboeken.
  • een uitleg of toelichting: Helaas gaat de picknick morgen niet door: het wordt slecht weer. 

Slide 25 - Diapositive

Lastige leestekens
Aanhalingstekens:
  • bij citaten:
              'Ik kan vanavond niet mee', zei Anton. 'Ik moet werken.'
              'Als je meedoet met het toernooi,' vertelde Colin, 'moet je je wel opgeven.'
              'Fiets jij mee?', vroeg Dieke aan Cas.

  • als het woord zelf bedoeld wordt en niet de betekenis: Het woord 'ijs' doet me aan de zomer denken.
  • als het woord op een speciale manier (hier als euphemisme) gebruikt wordt: De agent zei dat hij die 'lieve jongen' wel zou inrekenen. 

Slide 26 - Diapositive

Dubbele of enkele aanhalingstekens? 
De koning zei: “Ik herinner me nog dat iemand ‘Vive la république’ riep tijdens mijn eedaflegging.”


De koning zei: ‘Ik herinner me nog dat iemand “Vive la république” riep tijdens mijn eedaflegging.’

De koning zei: ‘Ik herinner me nog dat iemand ‘Vive la république’ riep tijdens mijn eedaflegging.’

Slide 27 - Diapositive

Lastige leestekens
Puntkomma:
  • tussen hoofdzinnen die sterker met elkaar samenhangen dan losse zinnen: Sep heeft een bijbaantje in het zwembad; hij wil later badmeester worden.
  • de afsluiting van de onderdelen van lange opsommingen die onder elkaar staan. Het laatste onderdeel krijgt als afsluiting een punt.
                     De opdracht is als volgt:
                         - kies een boek;
                         - schrijf een samenvatting;
                         - presenteer de samenvatting. 

Slide 28 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Mededeling
  2. Stil lezen 
  3. HW nakijken 
  4. Terugblik
  5. Uitleg stof: Spelling §6: komma, dubbele punt, aanhalingstekens, puntkomma. Pag. 252
  6. Zelfstandig oefenen/ HW maken/ vragen stellen 

Slide 29 - Diapositive

Zelfstandig aan het werk tot het einde van de les
HW voor vrijdag 21 maart
  • Maken: §6: opdrachten 1 t/m 5, p. 253 
  • In je boek of bij de online taken  


  • Af? Dan maak je de extra oefeningen die online staan


 
  •  Niet af? Dan is sowieso HW voor a.s. vrijdag 21 maart
  • Je mag met oortjes werken

Slide 30 - Diapositive