Organen van dieren BS 1 blz. 86

2.1 : Organen van dieren
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

2.1 : Organen van dieren

Slide 1 - Diapositive

De leerdoelen
  • Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp. (de dwarsdoorsnede staat in je opdrachten)
  • Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.

Slide 2 - Diapositive

De organen van een mens
.

Slide 3 - Diapositive

Organen
Ons lichaam is opgebouwd uit organen.
Orgaan: deel van een organisme met één of meer functies. 

Als organen "samenwerken" met hun taken dan horen deze bij een orgaanstelsel

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Orgaanstelsels

Slide 6 - Diapositive

Benoem de orgaanstelsel

Slide 7 - Diapositive

Organen van dieren
zoogdieren:
dezelfde organen en orgaanstelsels 

Slide 8 - Diapositive

Ook insecten hebben organen en orgaanstelsels
Organen van dieren

Slide 9 - Diapositive

het skelet is een orgaanstelsel
A
niet waar
B
waar

Slide 10 - Quiz

Een dier bestaat uit vele verschillende organen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat is een orgaanstelsel?

Slide 12 - Question ouverte

een orgaan is een deel van een organenstelsel
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Bij welk organenstelsel hoort dit orgaan?
A
Bloedvatenstelsel
B
Zenuwstelsel
C
Beenderstelsel
D
Spierstelsel

Slide 14 - Quiz

In de afbeelding is een orgaan van een mens getekend. Tot welk organenstelsel behoort dit orgaan?
A
Tot het ademhalingsstelsel.
B
Tot het bloedvatenstelsel.
C
Tot het spierstelsel.
D
Tot het zenuwstelsel.

Slide 15 - Quiz

Wat is een ander woord voor levend wezen?
A
Orgaan
B
Dier
C
Organisme
D
Plant

Slide 16 - Quiz

Aan het werk opdracht 5 blz. 90
Eerst zelf maken daarna samen bespreken.

Slide 17 - Diapositive

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 18 - Question ouverte