H2 - Unit 2.1

H2 - Unit 2.1
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H2 - Unit 2.1

Slide 1 - Diapositive

Today's Quiz:
          - words from Lesson 1
          - irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) 
          - grammar: past simple en woordvolgorde
          - some sentences

Slide 2 - Diapositive

Are you ready for some words?

Slide 3 - Diapositive

Translate:
EHBO-setje

Slide 4 - Question ouverte

Translate:
whistle

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal:
verwonden (zonder to)

Slide 6 - Question ouverte

Wat is geen synoniem voor to injure?
A
to hurt
B
to wound
C
to harm
D
to heal

Slide 7 - Quiz

What is another word for to go on?
(zonder to)

Slide 8 - Question ouverte

What is another word for sound?

Slide 9 - Question ouverte

Let's try some irregular verbs...

Slide 10 - Diapositive

Which word is missing?
to shake - ...... - shaken
A
shaked
B
shook
C
shake
D
shoken

Slide 11 - Quiz

Which words are missing?
to mean - ...... - ........
A
meaned - meant
B
meaned - meaned
C
meant - meant
D
meant - meaned

Slide 12 - Quiz

Which word is missing?
to come - ..... - come

Slide 13 - Question ouverte

Which word is missing?
to beat - beat - .........

Slide 14 - Question ouverte

Which word is missing?
to ........ - taught - taught

Slide 15 - Question ouverte

How about some grammar?

Slide 16 - Diapositive

Choose the correct form:
........ (Peter / walk) the dog yesterday?
A
Did Peter walked
B
Peter did walk
C
Walked Peter
D
Did Peter walk

Slide 17 - Quiz

Choose the correct form:
No, he ........... the dog.
A
didn't walked
B
didn't walk
C
walked not
D
doesn't walk

Slide 18 - Quiz

Translate:
Zijn moeder wandelde met de hond.

Slide 19 - Question ouverte

Translate (using past simple):
Heb jij dat boek meegebracht?

Slide 20 - Question ouverte

Translate (using past simple):
Ja, ik heb het boek meegebracht.

Slide 21 - Question ouverte

Translate (using past simple):
Jane was gisteren haar lunch vergeten.

Slide 22 - Question ouverte

Translate (using past simple):
Ze dacht er niet aan.
(Zonder afkorting!)

Slide 23 - Question ouverte

Vertaal de zin, zet de woorden in de juiste volgorde:
De jongens hebben deze film vorige week gezien.
the boys
saw
this film
last week

Slide 24 - Question de remorquage

Vertaal de zin, zet de woorden in de juiste volgorde:
Eten wij elke week bij dat restaurant?
?
we
do
at that
restaurant
every week
eat

Slide 25 - Question de remorquage

Vertaal de zin, zet de woorden in de juiste volgorde:
Zij speelt elke dag met poppen.
she
plays
with dolls
every day

Slide 26 - Question de remorquage

Finally, some sentences.

Slide 27 - Diapositive

Translate:
De kleine jongen jammerde dat het een noodsituatie was.

Slide 28 - Question ouverte

Translate:
Bereidden jouw ouders jouw lunch voor je?

Slide 29 - Question ouverte

Translate:
De hevige onweersbui trof miljoenen.

Slide 30 - Question ouverte

Translate:
Door decycloon storte de schuur in.

Slide 31 - Question ouverte

The end!
Heb je nog vragen of opmerkingen? :)

Slide 32 - Question ouverte

Huiswerk! (Pak je Plenda!)
Vrijdag 06-11:
  • leer de onregelmatige ww "to be" t/m "to hurt" (tb p. 149)
  • neem Alquin mee!

Maandag 09-11:
  • maak opdr.  2, 3 en 4
  • leer de onregelmatige ww "to keep" t/m "to win" (p.149+150)

Slide 33 - Diapositive