herhaling journaalposten
1 / 17
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
De eigenaar heeft inkopen gedaan.
Hij heeft de rekening voor € 300,- aan dranken en € 500,- aan keukengrondstoffen meegekregen.
Hij heeft de rekening voor € 300,- aan dranken en € 500,- aan keukengrondstoffen meegekregen.
Slide 5 - Question ouverte
Voor de aankleding van het horecabedrijf worden wekelijks nieuwe bloemen geleverd.
De eigenaar ontvangt de rekening voor deze maand.
De eigenaar ontvangt de rekening voor deze maand.
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Diapositive
Na een drukke avond in het restaurant is er een omzet geboekt van € 1.350,- op dranken en hebben de gasten gegeten voor € 2.100,-.
Deze bedragen zijn allemaal per pin betaald.
Deze bedragen zijn allemaal per pin betaald.
Slide 8 - Question ouverte
De verkoop van sigaretten in de automaat in de rookruimte heeft € 800,- opgeleverd.
De eigenaar stort dit bedrag in de bedrijfskas.
De eigenaar stort dit bedrag in de bedrijfskas.
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
De eigenaar ontvangt per bank € 4.000,- van een debiteur.
Slide 11 - Question ouverte
De eigenaar stort € 15.000,- privéspaargeld op de bankrekening de zaak.
Slide 12 - Question ouverte
De eigenaar betaalt de rekening van een crediteur € 150,- .
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
De verkoop van sigaretten in de automaat in de rookruimte heeft € 800,- opgeleverd.
De eigenaar stort dit bedrag in de bedrijfskas.
De eigenaar stort dit bedrag in de bedrijfskas.
Slide 15 - Question ouverte
De glazenwasser is geweest.
De eigenaar heeft contant 50 Euro afgerekend.
De eigenaar heeft contant 50 Euro afgerekend.
Slide 16 - Question ouverte
De eigenaar haalt 100 euro uit kas om boeken te kopen voor de school van zijn zoon.
