Opstart thema uiterlijk

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Uiterlijk

Wat betekent uiterlijk?

Uiterlijk

Sta je ’s morgens lang voor de spiegel?

1. Ja
2. Nee

Is het belangrijk voor jou hoe je eruitziet?

1. Ja
2. Nee

Welke kleding draag je het liefst?

https:

1. Het meisje is blij met haar make-up.
2. Het meisje pakt de lippenstift.
3. Het meisje denkt: ik maak me mooi.
4. Het meisje poetst haar tanden.

1. 1-2-3-4
2. 2-4-3-1
3. 4-3-2-1
4. 4-2-3-1

Het meisje gebruikt make-up voor haar mond en haar ogen.

1. waar
2. niet waar

Waar over gaat dit thema?

1. Over make-up.
2. Over hoe je eruit ziet.
3. Over mooie meisjes.

Opdracht: Beschrijf het uiterlijk van jezelf

Je krijgt van de docent een papier. 

Beschrijf het uiterlijk van jezelf.

Laat niemand zien wat je schrijft!

Kunnen de andere leerlingen raden over wie de beschrijving gaat?

Kies een leerling

Zeg zijn of haar naam en  geef deze persoon een compliment over zijn/haar uiterlijk.

Bijvoorbeeld: je hebt mooi haar, mooie ogen, mooie kleren.

Taak 1 

• Geef antwoord op vragen en vul de werkbladen
• Klaar? Ga naar Disk --> Grammatica --> 12 groter of kleiner, meer of minder

Vertaal de woorden in je werkboek naar je eigen taal.