Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Blok 3: architectuur en Physical Computing
Besturingssystemen en software
Slide 1 - Diapositive
Embedded systems
Embedded systems
Systemen die één specifiek doel of functie hebben
Slide 2 - Diapositive
Drielagenmodel
De fysieke laag. Deze laag bestaat uit de hardware die in een smartphone zit: van de accu tot en met het touchscreen. In hoofdstuk 4 lees je meer over hardware.
De logische laag bestaat uit software die de hardware aanstuurt en als intermediair tussen gebruikersprogramma's en hardware fungeert. Denk aan een OS of drivers voor hardware
De toepassingenlaag bestaat uit allerlei software: de gebruikersprogramma's of applicaties. Op een smartphone zijn dat de apps die kunnen worden geïnstalleerd vanuit de Play- of Appstore.
Slide 3 - Diapositive
Von Neumann architectuur
Kernapparatuur
Randapparatuur
toetsenbord, muis, touchpad, harde schijf, camera, microfoon etc.
Randapparatuur
beeldscherm, printer, harde schijf, boxjes etc.
VNM = onderscheid tussen kernapparatuur en randapparatuur
Slide 4 - Diapositive
De binnenkant van een computer
Moederbord
Processor
Intern geheugen
Sensoren, Actuatoren, Connectoren
Opslag
Voeding
Slide 5 - Diapositive
Uitvoeren van een programma
Slide 6 - Diapositive
Execution Cycle
Slide 7 - Diapositive
Besturingssysteem en andere software
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Operating System (OS)
Software die tot de logische laag behoort
Verzorgt o.a. communicatie tussen software van applicatielaag en hardware van fysieke laag
Drie kerntaken van OS
Beheer van randapparatuur
Bestandsbeheer
Taakbeheer
Meerdere soorten Besturingssystemen.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Beheer randapparatuur
Slide 13 - Diapositive
Bestandsbeheer: waar staat (welk deel v.e.) bestand?
NB: 1e geheugenadres = 0!
Slide 14 - Diapositive
Taakbeheer - multitasken
Slide 15 - Diapositive
In welke laag van het drielagenmodel zit het besturingssysteem?
A
Besturingslaag
B
Toepassingenlaag
C
Logische Laag
D
Fysieke Laag
Slide 16 - Quiz
Hoe heet de software die OS gebruikt om randapparatuur zoals de printer aan te sturen?
A
Interface
B
Driver
C
API
D
ROM
Slide 17 - Quiz
Het OS zorgt ervoor dat de datablokken van een bestand altijd in aaneengesloten geheugenadressen staan. Waar of niet waar?
A
Niet Waar
B
Waar
Slide 18 - Quiz
Wat is de term voor het toekennen van CPU-tijd aan steeds wisselende taken en programma's?
A
Taakbeheer
B
Switching
C
Bestandsbeheer
D
Multitasking
Slide 19 - Quiz
Wat is wereldwijd meest gebruikte besturingssysteem?