Afval scheiden

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
WereldoriëntatiePraktijkonderwijsLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel: de leerling kan 4 voorbeelden benoemen en herkennen welk afval je kan scheiden en welke container je daarvoor nodig hebt.

Slide 2 - Diapositive

Kijk naar de producten die op tafel staan.

-Wat zie je?

Schrijf in groepjes 3 dingen op die over het onderwerp gaan, waarvan jullie denken dat het andere groepje dit niet weet.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Glasbak
Glas gooi je in de glasbak. Er zitten verschillende vakken: wit glas, bruin glas en gekleurd glas.

Slide 5 - Diapositive

Papier en karton container

Oud papier en karton gooi je in de papierbak. De lege melkpakken mogen er niet in.

Slide 6 - Diapositive

GFT-afval
De groente, fruit en tuin afval gooi je in de groene container.

Slide 7 - Diapositive

Klein chemisch afval
In het klein chemisch afval zitten giftige stoffen, dit kun je bij sommige winkels in een bak gooien.

Slide 8 - Diapositive

Restafval
Al het afval dat overblijft heet restafval. Dit afval gooi je in de grijze container of de ondergrondse container.

Slide 9 - Diapositive

Kleding en schoenen

Je oude kleding en schoenen kun je inleveren voor een goed doel. In het winkelcentrum staan vaak kledingbakken.

Slide 10 - Diapositive

Wat is een ander woord voor vuilnis?
A
vuilnis
B
troep
C
afval
D
bende

Slide 11 - Quiz

Wat betekend GFT?
A
Geel fruit en tomaten
B
Groen fruit en tuin
C
Gras, fruit en tuin
D
Groente, fruit en tuin

Slide 12 - Quiz

Wat is klein chemisch afval?
A
Koelkast, droger
B
Computer, laptop
C
Batterijen, lampen, oude verf
D
Tv, magnetron

Slide 13 - Quiz

Wat betekend afval scheiden?
A
Alle afval in 1 prullenbak gooien
B
Afval op de straat gooien
C
Het afval niet in 1 vuilnisbak doen
D
Alle afval in de glasbak gooien

Slide 14 - Quiz

Wat is grofvuil?
A
Al het afval in de prullenbak
B
Al het afval wat niet in de prullenbak past
C
Al het afval wat overblijft
D
Groente, fruit en tuinafval

Slide 15 - Quiz

Wat is restafval?
A
Al het afval dat overblijft
B
Afval waar giftige stoffen in zitten
C
Alles wat niet in de prullenbak past
D
Kleding en schoenen

Slide 16 - Quiz

Opdracht: je gaat in 4 groepjes van 3 plaatjes zoeken van afval.

Je gaat de plaatjes uitknippen en plakt ze in het juiste vak.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Recyclen/ Hergebruiken

Sommige spullen kun je nog een keer gebruiken.

Dat noem je recyclen of hergebruiken.

Ook zijn er kringloopwinkels of het  Leger des Heils waar je oude spullen of kleding naar toe kunt brengen.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Vidéo

Wat gebeurd er met oud glas?

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

0

Slide 24 - Vidéo

Wat gebeurd er met de kleding?

Slide 25 - Diapositive

Wat gebeurd er met het plastic?

Slide 26 - Diapositive

Oud glas
Plastic
Kleding
Sorteren op kleur en wordt gesmolten in de oven
Het worden korrels en het wordt gesmolten
Sorteren op 1e keus en 2e keus of er worden dekens van gemaakt

Slide 27 - Question de remorquage

Recyclen

Slide 28 - Carte mentale

In welke bak gaat plastic?
A
Grijs
B
Oranje
C
Geel
D
Groen

Slide 29 - Quiz

In welke bak gaat papier en karton?
A
Blauw
B
Grijs
C
Groen
D
Geel

Slide 30 - Quiz

In welke bak gaat glas?
A
Oranje
B
Grijs
C
Groen
D
Geel

Slide 31 - Quiz

In welke bak gaat afval uit de natuur?
A
Grijs
B
Oranje
C
Groen
D
Paars

Slide 32 - Quiz

In welke bak gaat het restafval?
A
Geel
B
Oranje
C
Bruin
D
Grijs

Slide 33 - Quiz