Theorie toets - Voorstellingsaspecten en vormgevingsaspecten

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

VERSCHIJNINGSVORMEN

Kunst kan op veel verschillende manieren gemaakt worden. De volgende vragen gaan over de vormen waarin kunst kan verschijnen. 

Wat is een monument?

1. Een kunstwerk wat een verhaal uit de geschiedenis vertelt.
2. Een kunstwerk wat een gebeurtenis of persoon herdenkt
3. Een plek waar mensen komen bidden
4. Een plek waar een belangrijk persoon begraven ligt

Wat is toegepast kunst?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Wat is een installatie?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Wat voor
verschijningsvorm
is het kunstwerk
hiernaast?

1. Mozaïek
2. Kinetische kunst
3. Ready-made
4. Collage

Wat voor
verschijningsvorm
is het kunstwerk
hiernaast?

1. Mozaïek
2. Kinetische kunst
3. Ready-made
4. Collage

De volgende vragen gaan over voorstellingsaspecten en of je die kunt herkennen. Wanneer er uitleg gevraagd wordt geef deze dan ook. 

VOORSTELLINGSASPECTEN

Welke voorstelling zie
je op het schilderij
hiernaast?

1. Landschap
2. Genre
3. Portret
4. Stilleven

Wat betekent geabstraheerd?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Wat betekent figuratief?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Welke
voorstellingsaspecten
zijn te zien in het
kunstwerk hiernaast?

1. Emoji's, een hond, rood doek en een jurk
2. Assymetrische compositie en polychrome kleuren
3. Emoji's, een vinger en een man met baard
4. Licht/donker contrast en assymtrische compositie

De volgende vragen gaan over ruimte en hoe een kunstenaar dit aspect kan gebruiken in een kunstwerk.  

RUIMTE

Welk perspectief is
gebruikt in het schilderij
hiernaast?

1. Kikvorsperspectief
2. Kleurperspectief
3. Lijnperspectief
4. Vogelvluchtperspectief

Wat betekent het wanneer er in een schilderij 'afsnijding' is gebruikt?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Welk perspectief is
gebruikt in het schilderij
hiernaast?

1. Kikvorsperspectief
2. Kleurperspectief
3. Lijnperspectief
4. Atmosferisch perspectief

De volgende vragen gaan over kleur en hoe een kunstenaar dit aspect kan gebruiken in een kunstwerk.  

KLEUR

Wat zijn complementaire kleuren?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Wat is expressief kleurgebruik?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Welke kleurcontract is
gebruikt in het schilderij
hiernaast?

1. Licht/donker
2. Warm/koud
3. Kleur tegen kleur
4. Complementair

Wat betekent monochroom kleurgebruik? Leg zo duidelijk mogelijk uit.

De volgende vragen gaan over compositie en hoe een kunstenaar dit aspect kan gebruiken in een kunstwerk.  

COMPOSITIE

Welke compositie is
gebruikt in het schilderij
hiernaast?

1. Cirkelcompositie
2. Driehoekscompositie
3. Overall compositie
4. Centraalcompositie

Welke compositie is
gebruikt in het schilderij
hiernaast?

1. Cirkelcompositie
2. Driehoekscompositie
3. Overall compositie
4. Centraalcompositie

Wat is een dynamische compositie?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

De volgende vragen gaan over vorm en hoe een kunstenaar dit aspect kan gebruiken in een kunstwerk.  

VORM

Wat is een open vorm?
Leg zo duidelijk mogelijk uit.

Wat voor vorm zie je op
de afbeelding hiernaast?

1. Organische vorm
2. Gesloten vorm
3. Geometrische vorm
4. Tweedimensionale vorm

Welk vormgevingsaspect past bij
wat je ziet op de afbeelding
hiernaast?

1. Textuur
2. Structuur
3. Decoratief
4. Patroon

Welk vormgevingsaspect past bij
wat je ziet op de afbeelding
hiernaast?

1. Textuur
2. Structuur
3. Decoratief
4. Patroon