7.4 De vorming van het Nederlandse landschap

1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

HERHALING VORIGE LES

Slide 2 - Diapositive

Welke twee soorten landschappen zijn er?

Slide 3 - Question ouverte

Jonge en oude gebergten zijn allebei ontstaan door de botsing van aardkorstplaten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

De toppen van gebergten slijten door weer en wind.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Jonge gebergten herken je aan vlakke bergtoppen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Verwering is:

Slide 7 - Question ouverte

Hoe hoger je komt, hoe.....................
 het wordt. Bij temperaturen....................nul bevriest water. Wanneer water verandert in ijs,
........................... Hierdoor neemt de druk op het gesteente....................... Een.............................
 hiervan is dat de steen uit elkaar valt. Bergtoppen worden zo......................
.






Kouder
onder
zet het uit
toe
lager
hoger
af
gevolg
oorzaak
boven
warmer

Slide 8 - Question de remorquage

Wat gebeurt er als een rivier zorgt voor erosie?
A
De rivier maakt het dal dieper
B
Gesteente valt uit elkaar
C
De rivier overstroomt

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Leerdoelen
- weet je dat Nederland tijdens een ijstijd bedenkt was met landijs en dat de stuwwallen en zwerfkeien daar overblijfselen van zijn;
- weet je dat je Nederland kunt verdelen in een laaggelegen en een hooggelegen deel en dat dit hoge deel eerder bewoond werd;
-begrijp je waarom er in het lage deel van Nederland veel veen en klei is en hoe de duinen zijn gevormd
-weet je hoe de bewoners van het lage deel van Nederland zich beschermen tegen het water. 

Slide 11 - Diapositive

Samen lezen: een dik pak ijs

Slide 12 - Diapositive

Rivieren hebben de ondergrond van Nederland opgebouwd. Met welke materialen?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

LESBOEK


lezen blz. 113
maken opdracht 1, 2 en 3 (blz. 112-113)

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Het westen van Nederland ligt grotendeels onder NAP.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Het NAP meet het hoogteverschil tussen …
A
de laagste en de hoogste plaats in Nederland.
B
de laagste en de hoogste stand van het zeewater.
C
… de gemiddelde hoogte van de zee en alle plaatsen die hoger liggen.
D
de gemiddelde hoogte van de zee en alle plaatsen

Slide 25 - Quiz

LESBOEK
lezen blz. 115
maken opdracht 4 en 5 (blz. 114-115)

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Duin
Rivierklei
Veen

Slide 32 - Question de remorquage

LESBOEK


Lezen blz 115
maken opdracht 6 en 7 (blz. 115-116)

Slide 33 - Diapositive

LES 2

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Vidéo

Slide 37 - Diapositive

Terp
Dijk
Duin
Stuwwal
door mensen gemaakte verhoging als bescherming tegen het zeewater 
door wind opgewaaide zandheuvels
heuvels die door landijs zijn ontstaan
langgerekte verhoging om water van de zee of van een rivier tegen te
 houden

Slide 38 - Question de remorquage

1
2
3
4
5
200 000 jaar geleden werd het kouder op aarde.
De grond voor het landijs werd opzij en omhoog geduwd.
Het werd warmer en het ijs smolt.
Heuvels en grote stenen bleven achter.
Landijs schoof vanuit Scandinavië naar het noorden van Nederland.

Slide 39 - Question de remorquage

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

Slide 42 - Diapositive

Hoe noem je een stuk land dat omgeven is door dijken en waar de waterstand geregeld kan worden?

Slide 43 - Question ouverte

LESBOEK
lezen blz. 116
maken opdracht 9 en 10 en maken herhaling opdracht 1 t/m 4
(blz. 116-118)

Slide 44 - Diapositive

EINDE 7.4

Slide 45 - Diapositive