MPR 4-12-23

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
DierverzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we deze les doen?
Zelfstandig werken
Quiz kennis MPR
Opdrachten maken - bedrijfsoverzicht


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen MPR
Wat weten we al? 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

MPR is verplicht voor Nederlandse melkveebedrijven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

MPR geeft informatie over onder andere: vruchtbaarheid, uiergezondheid en voedingsziekten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Pensverzuring 
Slepende melkziekte
MPR staat voor melkproefregistratie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een veehouder begint ’s morgens om 6.00 uur en ’s middags om 17.00 uur te melken. Hoe groot is het melkinterval op dit bedrijf?
A
10 en 14 uur
B
1 uur
C
11 en 13 uur
D
24 uur

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 4 onderdelen war de MPR gegevens op een veehouderijbedrijf voor gebuikt worden?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het celgetal wordt standaard meegenomen in de MPR
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke waarden is er sprake van een verhoogd celgetal? (Benoem van beide diergroepen)

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ketose is een ander woord voor
A
Mastitis
B
Slepende melkziekte
C
Uierontsteking
D
Neospora

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ketose wordt standaard meegenomen in de MPR
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ketose is daarom een stofwisselingsziekte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ketose komt vaak voor in de tweede helft van de lactatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ureum wordt standaard meegenomen in de MPR
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat geeft het ureumgetal op de MPR uitslag aan?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom geeft de BSK meer inzicht in afwijkende melkproducties van diergroepen dan de dagproductiegegevens?
A
Omdat de dagproductie per dag kan verschillen.
B
Omdat de BSK is gecorrigeerd voor leeftijd, lactatiestadium en maand van afkalven.
C
Omdat de gehalten ook grote invloed hebben op de BSK.
D
Omdat de dagproductie voor een groot deel beïnvloed wordt door de voeding.

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als de BSK van de ene op de andere proefmelking met 3 punten daalt, wat is dan de meest voor de hand liggende oorzaak:
A
Het aantal dieren is gewijzigd
B
Er zijn meer vaarzen aan de melk gekomen
C
De oorzaak zit waarschijnlijk in de voeding
D
Er zijn veel koeien drooggezet

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke twee onderdelen geeft het celgetal op de MPR uitslag inzicht in?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De lactatiewaarde kan gebruikt worden om:
A
Koeien te vergelijken
B
Mastitisgevallen op te sporen
C
Voerkosten te berekenen
D
Gemiddelde melkproductie van het bedrijf in te schatten

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij vaarzen valt op dat de BSK laag is, maar de LW hoog. Wat is hier aan de hand?
A
Ze geven veel liters melk met lage gehalten
B
Ze geven weinig liters melk, maar wel met hoge gehalten
C
Bij vaarzen is dit een normaal verschijnsel, omdat ze nog jong zijn
D
Waarschijnlijk verkeren ze in de negatieve energiebalans

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesmateriaal MPR

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedrijfsoverzicht
Google: veemanager
Log in DEMO
MPR -> Bedrijfsoverzicht

Dairy Campus 
Dieroverzicht

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions