La Saint Valentin H2A
1 / 23
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
La Saint-Valentin est la fête des...
A
coeurs
B
amoureux
C
couleurs
D
roses
Slide 5 - Quiz
Paris: la ville de l'amour.. wat betekent dat?
A
de lichtstad
B
de stad van de liefde
C
de stad van de hoop
D
de stad van de vrede
Slide 6 - Quiz
Combineer de woorden.
het afspraakje
de kus
rood
de roos
het vriendje
het vriendinnetje
de liefde
het cadeau
le rendez-vous
la rose
le cadeau
le petit ami
la petite amie
le bisou
l'amour
rouge
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Welke mots doux vond je het meest bijzonder? Maak een top 3.
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Welk koosnaampje wordt het vaakst (door 38% v.d. Franse bevolking) gebruikt?
A
Mon amour
B
Mon bébé
C
Mon cœur
D
Mon chaton
Slide 12 - Quiz
Nederlandse koosnaampjes
Slide 13 - Carte mentale
Wat zijn de werkwoorden 'houden van' en 'dol zijn op' in het Frans?
Slide 14 - Question ouverte
Hoe zeg je "Ik hou van jou" in het Frans?
A
J'aime tu.
B
Je t'aime.
C
J'aime toi.
D
Tu aimes.
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Vidéo
In welke wijk van Parijs vind je de "Je t'aime-muur"?
A
Montparnasse
B
Quartier Latin
C
Montmartre
D
Le Marais
Slide 17 - Quiz
In hoeveel talen staat "ik hou van jou" op de "Je t'aime-muur"
A
280
B
311
C
77
D
412
Slide 18 - Quiz
Hoe groot is de "Je t'aime-muur"? Wat zijn de afmetingen?
A
8x2 meter (16 m2)
B
10x4 meter (40 m2)
C
12x4 meter (48 m2)
D
8x4 meter (32 m2)
Slide 19 - Quiz
La vocabulaire de la Saint-Valentin
timer
0:30
une boîte de chocolats
un dîner romantique
un bouquet de fleurs
un coeur
Slide 20 - Question de remorquage
D'où vient la Saint Valentin?
Valentin was een...
Valentin was een...
A
monnik
B
koning
C
boer
D
olifant
