Boekenpitch en begrijpend leestekst

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Boekenpitch speeddate
  1. Je werkt in tweetallen.
  2. Een geeft zijn boekenpitch, de ander beoordeelt.
  3. Op het teken van de docent wissel je en beoordeel jij als je net gepitcht hebt of andersom.
  4. Daarna schuiven de raamleerlingen door.
  5. Dit doen we een aantal x.
timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Wat vind je van deze manier van een boek pitchen?

Slide 3 - Question ouverte

lessonup begrijpend lezen

Slide 4 - Diapositive

Wat is het onderwerp
van deze tekst?

Slide 5 - Carte mentale

Wat zijn de deelonderwerpen van deze tekst?

Slide 6 - Question ouverte

Hoe trekt de schrijver de aandacht in de inleiding van de tekst?
A
Door een anekdote te vertellen.
B
Door de opbouw van de tekst te beschrijven.
C
Door de aanleiding van het schrijven te noemen.
D
Door een korte samenvatting te geven.

Slide 7 - Quiz

Zoek in de tekst naar argumenten.

Slide 8 - Question ouverte

Zoek in de tekst naar weerleggingen van de argumenten.

Slide 9 - Question ouverte

vóór de wilde wolf

  • de schapen worden toch opgegeten (door mensen)
  • ook honden bijten schapen dood
  • de schade wordt vergoed
  • maatregelen zijn niet genomen; de LTO functioneert niet.
  • de wildtolerantie is laag
  • het is een beschermde diersoort
  • stalbranden kosten veel meer levens

tegen de wilde wolf

  • hij bijt schapen dood
  • de wolf is uitgezet en dus niet natuurlijk
  • schapenhouders hebben angst
  • we willen eigenlijk geen wild

Slide 10 - Diapositive

Wat is de
hoofdgedachte van
deze tekst?

Slide 11 - Carte mentale

eens of oneens?





Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen




11





Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.








Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.







Differentiëer






Differentiëer





Extra oefening









Extra uitdaging









Instellingen




















Reageer op de stelling 'Een door een wolf gedood schaap is een bedrijfsongeval.'




















Open vraag












eens of oneens?
'Een door een wolf gedood schaap is een bedrijfsongeval.'


A
eens, de boer moet een vergoeding krijgen
B
oneens, de boer moet beter op zijn schapen letten
C
eens, want ... (een ander argument)
D
oneens, want ... (een ander argument)

Slide 12 - Quiz

eens of oneens?





Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen




11





Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.








Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.







Differentiëer






Differentiëer





Extra oefening









Extra uitdaging









Instellingen




















Reageer op de stelling 'Een door een wolf gedood schaap is een bedrijfsongeval.'




















Open vraag












eens of oneens?
'Wolven moeten afgeschoten worden.'


A
eens, het zijn gevaarlijke dieren
B
oneens, je moet de natuur haar gang laten gaan.
C
eens, want ... (een ander argument)
D
oneens, want ... (een ander argument)

Slide 13 - Quiz

Wat heeft deze les je opgeleverd?
A
Ik heb titel(s) voor leuke boeken.
B
Ik herken argumenten in een tekst.
C
Ik heb goed geoefend met pitchen, maar vind het nog steeds moeilijk.
D
Ik heb goed geoefend met begrijpend lezen, maar vind het nog steeds moeilijk.

Slide 14 - Quiz

Kies nu wat je verder gaat doen:
A
De uitlegfilmpjes over begrijpend lezen bekijken.
B
De spreekopdracht voor morgen oefenen.
C
Meer informatie over het onderwerp opzoeken.
D
Zelf een nieuwsbericht schrijven.

Slide 15 - Quiz