Lezen Herhaling hf 1 en 2 Nieuw Nederlands

Pak je leerboek en schrift erbij.
Werk de dia's van deze LessonUp zelfstandig door.
Dit is huiswerk voor a.s. maandag 16 mei.

Waarom is het belangrijk dit echt goed te doen?
Deze basis is nodig om verder te kunnen met hf 3 van Lezen! 

Herhaling hf 1 en 2 Lezen
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Pak je leerboek en schrift erbij.
Werk de dia's van deze LessonUp zelfstandig door.
Dit is huiswerk voor a.s. maandag 16 mei.

Waarom is het belangrijk dit echt goed te doen?
Deze basis is nodig om verder te kunnen met hf 3 van Lezen! 

Herhaling hf 1 en 2 Lezen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel bij formuleren antwoord
Ik kan een correct antwoord geven op een vraag over een tekst.

Wat ga je doen?
Neem de volgende LU vragen door.



Slide 2 - Diapositive

Hoe formuleer je een goed antwoord?

Slide 3 - Diapositive

Stappenplan antwoord formuleren (1)
- Lees de vraag eerst goed. 
- Check bij jezelf of je begrijpt wat er gevraagd wordt.
- Zoek in de tekst naar het antwoord.
- Lees de vraag daarna nog eens en markeer het antwoord in de tekst.
- Formuleer daarna in een goede zin je antwoord. Hoe doe je dat?
a. Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord.
b. Let op spelling (leestekens, hoofdletters) en juiste formulering!

Slide 4 - Diapositive

Correct formuleren (2)
Formuleer je antwoord in een goede zin. Hoe doe je dat?
a. Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord.
b. Let op spelling (leestekens, hoofdletters) en juiste formulering!

Voorbeeld
Vraag = Bij welke alinea(’s) hoort het tussenkopje ‘Bevestiging’?
Goede formulering = Het tussenkopje 'Bevestiging' hoort bij alinea 2,3 en 4. 


Slide 5 - Diapositive

Leerdoel hf 1
Ik kan het onderwerp van een tekst bepalen.
Wat ga je doen?
a. Lees eerst de theorie van hf 1 Lezen op blz. 12 met aandacht door. 
b. Verwerk de theorie in je schrift. Hoe kun je dat doen?
Maak je keuze: Ik maak een woordweb; Ik schrijf een samenvatting; Ik maak vragen met antwoorden enz.

Klaar?
c. Laat jouw verwerking aan een klasgenoot zien. Hij of zij schrijft er tops en tips bij.
d. Lees de tops 
e. Pas jouw verwerking aan met de tips.

Slide 6 - Diapositive

Beantwoord nu de volgende vragen over de theorie hf 1.

Slide 7 - Diapositive

Moet je de hele tekst lezen om het onderwerp te bepalen?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

Welke manier van lezen gebruik je om het onderwerp te weten te komen?
A
zoekend
B
kritisch
C
oriënterend
D
globaal

Slide 9 - Quiz

Hoe schrijf je het onderwerp
van een tekst op?
A
Als een volledige zin
B
In één of een paar woorden
C
Als een werkwoord
D
Met slechts één woord

Slide 10 - Quiz

Wat is niet waar?
Het onderwerp van een tekst...

A
is waar de tekst over gaat.
B
omschrijf je in één zin.
C
zoek je met oriënterend lezen.
D
vind je in de inleiding.

Slide 11 - Quiz

Wat is oriënterend lezen?
A
Lees de tekst helemaal.
B
Bekijk de tekst en lees de 1e alinea.

Slide 12 - Quiz

Waar kijk je naar bij het
bekijken van een tekst?

Slide 13 - Question ouverte

Bekijk tekst 2 op blz 13.
Beantwoord deze vragen:
1. Hoeveel alinea's heeft tekst 2?
2. Wat is het eerste woord van alinea 1?
3. Wat is het laatste woord van alinea 4?

Slide 14 - Question ouverte

Welke vraag stel je om achter het onderwerp te komen?
A
Welke afbeeldingen zie ik?
B
Welke tussenkopjes lees ik?
C
Waarover gaat de tekst?

Slide 15 - Quiz

Hf 1 Lezen 
Aan de slag!
Schrijf de antwoorden in je schrift.
- Maak opdracht 2 (14)
- Kijk je werk na afloop na.

Tips voor het beantwoorden.
- Lees altijd eerst de tekst die erbij staat.
- Denk aan het juist formuleren van je antwoord:
a. Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord.
b. Let op correcte spelling (hoofdletters en leestekens).



Slide 16 - Diapositive

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik kan een antwoord op een vraag correct formuleren
(begrijpelijke zin, stukje vraag in antwoord herhalen, hoofdletters en leestekens).
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Sondage

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik kan het onderwerp van een tekst bepalen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Sondage

Ga verder met herhaling hf 2 Lezen.
Werk daarvoor de dia's van deze LessonUp verder door.


Slide 19 - Diapositive

Leerdoelen hf 2
- Ik weet hoe de opbouw van een tekst is.
- Ik kan een omschrijving van 'deelonderwerp' geven.
- Ik kan aanwijzen welke alinea's over één deelonderwerp gaan.
- Ik weet hoe je deelonderwerpen van een tekst vindt.
- Ik weet wat globaal lezen en zoekend lezen is. 


Lees nu eerst de theorie van hf 2 Lezen aandachtig door (44).




Slide 20 - Diapositive

Theorie hf 2 Lezen verwerken in je schrift.
Wat ga je doen?
a. Je hebt de theorie aandachtig doorgelezen. 
b. Verwerk de theorie in je schrift. Hoe ga je dat doen?
Kies uit: Ik maak maak een woordweb; Ik schrijf een samenvatting; Ik  maak vragen met antwoorden enz.

Klaar?
c. Laat jouw verwerking aan een klasgenoot zien. Hij of zij schrijft er tops en tips bij.
d. Lees de tops.
e. Pas jouw verwerking aan met de tips.

Slide 21 - Diapositive

Een tekst bestaat uit ... delen.
A
1
B
2
C
3

Slide 22 - Quiz

Noem de delen van een tekst in de juiste volgorde.

Slide 23 - Question ouverte

Een kern bestaat altijd uit 3 alinea's.
Waar of niet waar?
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

Wat is waar?
Een alinea....
A
.....heeft altijd een tussenkopje.
B
....kan bij de eerste regel een stukje inspringen.
C
......gaat over een deel van het onderwerp.

Slide 25 - Quiz

Hoe introduceer je het onderwerp in de inleiding?
A
met een anekdote
B
met een voorbeeld
C
met veel informatie
D
met een bijzondere situatie

Slide 26 - Quiz

Wat is waar?
Een tussenkopje...
A
Staat boven een alinea
B
Staat boven elke alinea
C
Kan bij meerdere alinea's horen
D
Is een soort titel van een alinea

Slide 27 - Quiz

Wat is waar?
Een alinea....
A
.....heeft altijd een tussenkopje.
B
....kan bij de eerste regel een stukje inspringen.
C
......gaat over een deel van het onderwerp.

Slide 28 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?
A
Een onderwerp van een tekst
B
De titel
C
Een onderwerp van een alinea
D
De schrijver van een tekst

Slide 29 - Quiz

Een deelonderwerp bestaat altijd uit één alinea.
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quiz

Wat kun je NIET vinden in het slot?
A
een samenvatting
B
een anekdote
C
een conclusie
D
dat je naar de toekomst kijkt

Slide 31 - Quiz

Wat zijn deelonderwerpen?
A
een alinea
B
verschillende aspecten van het onderwerp
C
inleiding - middenstuk-slot
D
middenstuk

Slide 32 - Quiz

Hoe vind je de deelonderwerpen?
A
Zoek alinea's met hetzelfde aspect.
B
Lees de tekst oriënterend
C
Lees de tussenkopjes.
D
Lees de tekst zoekend.

Slide 33 - Quiz

Wat doe je bij globaal lezen?
A
Ik lees alleen de eerste zin van elke alinea.
B
Ik lees alleen de inleiding.
C
Ik lees vooral de eerste en laatste zin(nen) van de alinea's
D
Ik lees alleen het middenstuk van de tekst.

Slide 34 - Quiz

Welke manier van lezen gebruik je
als je iets wilt opzoeken in een tekst?
Geef een voorbeeld.

Slide 35 - Question ouverte

Wat is een deelonderwerp
van een tekst?
Geef een definitie (uitlegzin).

Slide 36 - Carte mentale

Jij schrijft een tekst met als onderwerp meivakantie. Noem 3 mogelijke deelonderwerpen van jouw tekst.

Slide 37 - Question ouverte

Hoe lees je een tekst zoekend?
Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.
A
Je leest de hele tekst goed door.
B
Je let op opvallende woorden en tekens in de tekst.
C
Je let op tussenkopjes.

Slide 38 - Quiz

Hf 2 Lezen 
Aan de slag!
Schrijf de antwoorden in je schrift.
- Maak opdracht 4 (48)
- Kijk je werk na afloop na.

Tips voor het beantwoorden.
- Lees altijd eerst de tekst die erbij staat.
- Denk aan het juist formuleren van je antwoord:
a. Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord.
b. Let op correcte spelling (hoofdletters en leestekens).



Slide 39 - Diapositive

Dit waren de lesdoelen bij hf 2.
- Ik weet hoe een tekst is opgebouwd.
- Ik kan een omschrijving van 'deelonderwerp' geven.
- Ik kan aangeven welke alinea's over één deelonderwerp gaan.
- Ik weet hoe je deelonderwerpen van een tekst vind.
- Ik weet wat globaal lezen en zoekend lezen is. 






Slide 40 - Diapositive

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik weet hoe een tekst is opgebouwd.
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Sondage

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik kan aangeven welke tussenkopjes bij welke alinea's horen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Sondage

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik kan aangeven wat het deelonderwerp van een alinea is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 43 - Sondage

Ik heb het leerdoel behaald:
Ik kan aangeven hoe het slot van de tekst is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Sondage