Les 1 preventie 2

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Les 1 preventie 2

1K1W6 (Handelt in onvoorziene en/of crisissituaties)

4. De student participeert in een groepsgesprek waarin een onvoorziene- of crisissituatie besproken wordt.

5. De student beschrijft welke vrijheidsbeperkende maatregelen, dwang- en drangmiddelen er ingezet worden in zijn/haar toekomstig werkveld.

6. De student laat zien welke onvoorziene- of crisissituaties in zijn/haar toekomstig werkveld kunnen voor komen.

Formatieve check:

• observeert een cliënt op je stage- of werkplek aan de hand van een observatiemethode.

• schrijft een reflectie over een onvoorziene en/of crisissituatie.

Leermiddelen

BOOM groep van preventie

Communicatie en gedraag

Thema 13 en 14

Vandaag....

Conflicten hanteren en bemiddelen,

Thema 13.1  weerstand

Weerstand

Waar denk je aan bij weerstand?

Wat is weerstand?

In de psychologie gaat weerstand om een persoonlijk gevoel van tegenstand ten aanzien van een externe kracht, zoals een bepaalde situatie, ervaring of opmerking.

 

Weerstand is een emotionele en natuurlijke reactie tegen een ongewenste verandering.

''mensen willen wel veranderen maar niet veranderd worden''

Waarom weerstand?

• Gedragsverandering kost tijd en moeite.
  
• We geven liever niet toe dat we fouten maken.
  
• Als iemand anders vindt dat we moeten veranderen ervaren we dat als kritiek en willen we ons verdedigen.
  
• We moeten uit onze comfortzone komen en dat vinden we spannend en ongemakkelijk.

Oorzaken van weerstand

• Verlies aan controle
  
• Onzekerheid
• Te grote verandering
• Zorgen over eigen kunnen
• Diskwalificatie

Indirecte en directe weerstand

Indirecte weerstand

Indirecte weerstand is een vorm van weerstand waarbij je je bezwaren niet uit,

- wegkijken, niet reageren op wat iemand zegt.

-over een ander onderwerp beginnen

-Ja zeggen, terwijl ze eigenlijk nee bedoelen.

Indirecte/passieve weerstand

In de aanval gaan, 

-beledigen

-kleineren

-anderen de schuld geven

'Ik dacht dat jij zoveel ervaring had, daar merk ik niks van.' 

Directe/actieve weerstand

Directe weerstand is weerstand waarbij iemand direct zijn bezwaren uitspreekt. Iemand geeft zijn mening, vertelt wat zijn bezwaren zijn en wat het met hem of haar doet of waarom iets hem raakt. Dit noem je ook wel actieve weerstand.

Weerstand

Voorkomen:

Probeer voor gesprek te bedenken wat weerstand kan gaan oproepen:

Regie, manier van vragen, verkennen belevingswereld,

Omgaan met weerstand

Benoemen

Zeg gewoon dat je weerstand voelt bij de ander. Hij of zij kan hier dan op reageren en zeggen wat er aan de hand is.

Erkennen

Zorg ervoor dat je de ander laat weten dat je begrijpt dat de ander weerstand voelt. Hierdoor voelt de ander vaak meteen minder weerstand.

Vragen stellen

Vraag naar de bezwaren van de persoon. Je kunt hier dan samen op ingaan.

Omgaan met weerstand

Vermijden

Soms kun je ook afspreken dat je de weerstand op een later moment bespreekt. Bijvoorbeeld omdat het voor nu niet zo belangrijk is..

Creëer draagvlak

Je kunt ook van weerstand profiteren. Vaak weten mensen precies wat goed loopt en wat beter kan. Vraag hoe de ander vindt dat het beter of anders kan en leer van hun inzichten. Betrek de ander bij de plannen. Op die manier geef je hem of haar de kans om mee te denken. Hierdoor wordt weerstand vaak vermindert.

Omgaan met weerstand

Meebewegen en kantelen

Dit betekent dat je de ander gelijk geeft in zijn bezwaren. Hierdoor vergroot je de bezwaren eigenlijk uit. Dat is vaak ook weer niet de bedoeling, dus op dat moment zal de ander iets gaan toegeven.

Valkuilen

• In discussie gaan met de ander
  
• Proberen de ander te overtuigen
  
• Onderhandelen
  
• Jezelf verontschuldigen: 'ik heb het ook niet bedacht....

Vragen?

Komende 4 weken

• Groepjes van 2 maken.
• Kies 1 casus vanuit de bijlagen studentenhandleiding hiermee ga je werkende de komende weken
• Dit kan op basis van interesse of BPV-doelgroep
• Overleg met mij hoe je de casusvragen gaat delen met de docent en medestudenten in week4 
• (verslag, film,PowerPoint, poster, etc.). 
• In week 4 is er ruimte voor het in elkaar zetten van het bedachte product en gaan we ze aan elkaar  presenteren.

Nu, maak 2-tal en maak vragen

Casusvragen les 1: (in studentenhandleiding/leerlijn)

1. Welke vorm van weerstand zie je terug in

de casus? Leg uit.

2. Hoe zal je om kunnen gaan met deze vorm

van weerstand?

3. Bedenk een valkuil waarvan jij je bewust

moet zijn in contact met de cliënt.