Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
Éléments de cette leçon
Fairytale en Mission Impossible
Slide 1 - Diapositive
Noten & Luisteren
Je leert wat maatsoorten zijn en hoe noten verlengd kunnen worden met puntjes en boogjes.
Je gaat beide muziekstukken beluisteren en een aantal vragen beantwoorden.
Daarna kies je één van de twee om te gaan spelen.
Slide 2 - Diapositive
Maatsoorten
In de muziek bestaan er verschillende maatsoorten. De meest voorkomende is 4/4. Er staan dan 4 tellen in de maat. In de meeste popmuziek kun je ook goed tot 4 mee tellen. 1, 2, 3, 4 , 1, 2, 3, 4, etc.
Slide 3 - Diapositive
Maatsoorten
Er bestaan ook andere maatsoorten. Pirates of the Caribbean was ook anders: 3/4e maat. Er staan dan drie tellen in de maat. Je telt: 1, 2, 3, 1, 2, 3, etc.
Het onderste getal betekent dat de kwartnoot 1 tel is. Voorlopig hoef je je daar nog niet druk over te maken. Aan het bovenste getal kun je dus zien hoeveel tellen in de maat staan.
Slide 4 - Diapositive
Maatsoorten
Een maatsoort is erg bepalend voor een muziekstuk. Een driekwartsmaat (3/4) klinkt vaak als een wals. Je danst er anders op dan op een vierkwartsmaat (4/4).
Maak de vragen op de volgende pagina's.
Slide 5 - Diapositive
Je ziet het begin van Fairytale. Hoeveel tellen horen er in elke maat te staan?
A
1
B
3
C
4
D
5
Slide 6 - Quiz
Dit heet dus een:
A
vierkwartsmaat
B
vijfkwartsmaat
C
driekwartsmaat
D
tweekwartsmaat
Slide 7 - Quiz
Je ziet het begin van Mission Impossible. Hoeveel tellen horen er in elke maat te staan?
A
1
B
3
C
4
D
5
Slide 8 - Quiz
Dit heet dus een:
A
vierkwartsmaat
B
vijfkwartsmaat
C
driekwartsmaat
D
tweekwartsmaat
Slide 9 - Quiz
Vijfkwartsmaat
Een vijfkwartsmaat komt eigenlijk maar heel weinig voor, en is dus heel bijzonder!
Slide 10 - Diapositive
Noten verlengen
Je kent inmiddels noten van 4, 2, 1, 1/2 en 1/4 tel.
Soms wil je ook een langere noot spelen, of iets wat er tussenin zit. Dat bestaat! Je kunt ook noten maken van 1,5 tel of bijvoorbeeld drie tellen.
Slide 11 - Diapositive
Noten verlengen
Dit kan op twee manieren:
Met een puntje achter de noot
Met een verbindingsboog
Slide 12 - Diapositive
Noten verlengen
Met een puntje achter de noot:
De punt zorgt ervoor dat de waarde van de noot met de helft wordt verlengd. Dus: de helft komt erbij.
Dit is een kwartnoot van 1 tel. Met het puntje komt de helft erbij: + 1/2 Een kwartnoot met een punt duurt 1,5 tel.
Slide 13 - Diapositive
Noten verlengen
Dit is een halve noot van 2 tellen. Met het puntje komt de helft erbij: + 1 Een halve noot met een punt duurt 3 tellen
Slide 14 - Diapositive
Hoe lang duurt een hele noot met een punt? (Een hele noot is 4 tellen)
A
5 tellen
B
2 tellen
C
6 tellen
D
4,5 tel
Slide 15 - Quiz
Noten verlengen
Dit kan op twee manieren:
Met een puntje achter de noot
Met een verbindingsboog
Slide 16 - Diapositive
Noten verlengen
Met een verbindingsboog
Met een verbindingsboog plak je eigenlijk 2 noten aan elkaar.
Je telt de waarde van beide noten op. In dit voorbeeld staat een kwartnoot (1 tel) vast aan een achtste noot (1/2 tel) Samen duren ze dus anderhalve tel. Je kunt in principe elke noot met een andere noot verbinden.
Slide 17 - Diapositive
Noten verlengen
Een halve noot met een punt = 3 tellen
Een halve noot en een kwartnoot samen = 3 tellen Dit is dus eigenlijk hetzelfde.
Met een verbindingsboog kun je wel over een maatstreep heen.
Slide 18 - Diapositive
Verlenging in de praktijk
Fairytale
Mission Impossible
Slide 19 - Diapositive
Hoe vaak druk je hier in totaal de toets d in denk je?
A
6 keer
B
4 keer
C
5 keer
D
7 keer
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Vidéo
00:06
Intro
Wat je net hoorde was het intro. Nu begint de melodie die je gaat spelen.
(als je kiest voor Fairytale) Let op het instrument dat de melodie speelt.
Slide 22 - Diapositive
00:23
Welk instrument speelde de melodie?
A
Piano
B
Dwarsfluit
C
Trompet
D
Gitaar
Slide 23 - Quiz
00:48
Het tweede deel van het thema werd door een andere instrumenten groep gespeeld. Hoe klonk dit? (Dit doen wij in onze versie niet)
A
Hoger
B
Lager
Slide 24 - Quiz
01:10
Het stuk klinkt:
A
rustig
B
druk
C
boos
D
verdrietig
Slide 25 - Quiz
01:10
Waardoor klinkt het zo? Het zijn best veel:
A
Lange noten
B
Korte noten
Slide 26 - Quiz
01:10
Daardoor klinkt dit stuk best:
A
langzaam
B
snel
Slide 27 - Quiz
01:11
Het thema begint weer opnieuw
Let op de instrumenten
Slide 28 - Diapositive
01:22
Welke instrumenten speelden hier de melodie?
Slide 29 - Question ouverte
Het motief wordt gespiegeld. Tussen welke twee noten zou je een spiegeltje kunnen zetten?
A
b en d
B
d en e
C
e en e
D
e en d
Slide 30 - Quiz
Slide 31 - Vidéo
00:01
Bekijk een filmfragment
In dit fragmet uit Shrek hoor je hetzelfde muziekstuk, maar op een andere manier. Noem twee dingen die anders zijn.
Slide 32 - Diapositive
00:47
Welke twee grote verschillen hoor je? Probeer muzikale termen te gebruiken. Bijvoorbeeld: melodie, ritme, motief, contrast,
Slide 33 - Question ouverte
Slide 34 - Vidéo
00:13
Intro
Wat je nu hoorde was een soort intro. Je hoorde hier vooral partij 2.
Hierna komt partij 1 erbij: de melodie
Slide 35 - Diapositive
00:38
Noteer instrumenten die je hoort
Slide 36 - Question ouverte
00:49
Hoe zou je dit tempo omschrijven?
A
Langzaam
B
Gemiddeld
C
Snel
Slide 37 - Quiz
00:59
Welk instrument speelde de baspartij hier? (partij 2)
A
Strijkinstrumenten
B
Trombone
C
Basgitaar
D
Piano
Slide 38 - Quiz
00:59
Past deze muziek goed bij een actiefilm? Waarom wel/niet?
Slide 39 - Question ouverte
Kiezen
Je mag één van de twee stukken kiezen om te spelen. Kies vooral welke je het tofst vindt om te doen. Ze hebben allebei makkelijke en moeilijke eigenschappen.
Mission Impossible: ritmisch moeilijker, maar wel veel herhaling Fairytale: meer verschillende toonhoogtes en variatie.