Burgerschap les week 4

Burgerschap les week 4
Les 1 Democratie
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Burgerschap les week 4
Les 1 Democratie

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
1- Het nieuws
2- democratie & volksvertegenwoordiger
3- Dictatuur & dictator
4 - Opdracht

Slide 2 - Diapositive

De afgelopen tijd is er veel gebeurd.
Kunnen jullie iets noemen wat jullie bij is gebleven?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Vidéo

Sinds 24 januari is er een avondklok ingegaan vanaf 21:00 uur.
Wat vinden jullie daarvan?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Vidéo

Waarom staan deze mensen hier te demonsteren?
En wat vinden jullie van deze demonstratie?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

Kunnen jullie uitleggen wat hier gebeurd?

Slide 9 - Question ouverte

Vorige week werd Joe Biden president van de Verenigde Staten.
Denken jullie dat er veel gaat veranderen voor Amerika?
A
Ja, daar ga ik nu al vanuit!
B
Nee, want veel mensen zijn het niet met hem eens.
C
Ik weet het niet, ik wacht het wel even af.

Slide 10 - Quiz

Democratie
De verkiezingen van de president in Amerika staan helemaal in het teken van democratie.

Slide 11 - Diapositive

Wat denk je dat een democratie is?

Slide 12 - Question ouverte

Democratie
Maar wat is nu een democratie?
Demos: iedereen of volk
Cratie: besturen.
Het betekent dat het volk bestuurt. De burgers kunnen invloed uitoefenen op de keuzes die over het land worden gemaak. Dit kunnen zij doen door te stemmen en door te demonstreren. Vrijheid en gelijkheid zijn hierin belangrijk.

Slide 13 - Diapositive

Hoe werkt een democratie?
In een democratie stemmen de burgers om te bepalen wat er gebeurd. Door te stemmen geef je aan of je voor of tegen een plan bent. Als de meerderheid ergens voor is, gebeurd het ook. Er kan niet bij elke beslissing gestemd worden. In Nederland hebben wij  daarom een volksvertegenwoordiger.
Als burgers stemmen, dan stemmen zij op een persoon in de partij waar zij het meest mee eens zijn. Dit zijn de volksvertegenwoordigers die namens hun kiezers hun standpunten verdedigen in de politiek. Zo kan iedereen gehoord worden

Slide 14 - Diapositive

Zou je een nadeel van een democratie kunnen noemen?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Vidéo

Wat vinden jullie ervan dat het hele kabinet is ontslagen, maar dat ze toch beslissingen mogen nemen?

Slide 17 - Question ouverte

Het tegenoverstelde van een democratie is een dictatuur.
Wie kan in eigen woorden vertellen wat dit is?

Slide 18 - Question ouverte

Dictatuur
Dictatuur komt van het woord dictaat.
Dictaat: opgelegd.
In een dictatuur hebben burgers geen invloed op de politiek in het land. De burgers hebben geen vrijheid
Het land wordt bestuurd door een kleine groep mensen of door één iemand. En dit is een dictator.
Een voorbeeld van een dictatuur is bijvoorbeeld Noord-Korea.
In Noord-Korea mag je niet stemmen en demonstreren. Er is maar één iemand aan de macht en als je tegen hem bent, wordt je opgepakt.

Slide 19 - Diapositive

In Nederland hebben de burgers invloed op de keuzes die gemaakt worden over het land.
A
Nederland is een democratie.
B
Nederland is een dictatuur.
C
Ik weet het nog niet zeker.

Slide 20 - Quiz

In Noord-Korea wordt je opgepakt als je het niet met de dictator eens bent.
A
Noord-Korea is een democratie.
B
Noord-Korea is een dictatuur.
C
Dit weet ik nog niet zeker.

Slide 21 - Quiz

Opdracht!
Jullie gaan in twee- of drietallen een tekst lezen over Wit-Rusland. Waaraan kan je zien dat Wit-Rusland een dictatuur is?
Geef twee voorbeelden.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Lien

Bedankt voor de aandacht!
Voor volgende week:
Maak de startopdracht van thema 3 & opdracht 2 van les 1

Slide 24 - Diapositive