3H - les 16 - STG

• Spaans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

3H4 - 12 de octubre, 2021 - STG

Programa

• PW unidad 5
• Leemos
• Opdrachten bij kloktijden
• Futuro próximo
• Los deberes

PW Unidad 5

• Leesvaardigheid/ luistervaardigheid → oortjes mee
  
• vocabulario 5.1 + 5.2 + 5.3 (NL-SP)
  
• Roze ww blad 25 t/m 40 (SP-NL)
  
• onregelmatige werkwoorden
  
• Getallen t/m 1.000.000
  
• Futuro (ir + a + heel ww)
  
• Kloktijden
  
• Werkwoorden: ser, estar, hay, tener, gustar
  
• Regelmatige ww vervoegen
  
• Wederkerende ww vervoegen
  

Vrijdag 12 november!

Leemos

1. Werkblad
2. Opdrachten achterin
3. Deadline = 12 november

Repaso de kloktijden!

¿Qué hora es?

1. Son las diez menos diez
2. Son las diez y cuarto
3. Son las diez y diez
4. Son las diez y media

¿Qué hora es?

1. Son las once y treinta
2. Son las diez y veintisiete
3. Son las once menos media
4. Son las once y media

¿Qué hora es?

1. Son la una menos cinco
2. Es la una menos cinco
3. Son las doce
4. Es la una y cinco

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

¿Qué hora es?

Kloktijden oefenen

• Stap 1: Open boekje op pagina 62 (ejercicio 5)
• Stap 2: Teken 6 verschillende kloktijden
• Stap 3: Wissel je boekje met je buurman/ buurvrouw
• Stap 4: Je schrijft de kloktijden van je buurman/ buurvrouw voluit

Kloktijden oefenen

• Stap 1: Open boekje op pagina 62 (ejercicio 5)
• Stap 2: Teken 6 verschillende kloktijden
• Stap 3: Wissel je boekje met je buurman/ buurvrouw
• Stap 4: Je schrijft de kloktijden van je buurman/ buurvrouw voluit

FUTURO

- gebruik

als je wil aangeven dat je iets GAAT DOEN

- met werkwoorden

vervoeging werkwoord IR + A + HELE WW

vb. ik ga slapen -> VOY A DORMIR

- met wederkerende ww

Levantarse -> ME VOY A LEVANTAR 

of

Levantarse -> VOY A LEVANTARME

+ a + 

¿ Ir + a+ ........= futuro?

1. vervoeg werkwoord
2. heel werkwoord
3. werkwoord gustar
4. voltooid deelwoord

Vul de zinnen aan met de juiste vorm van de futuro:
Yo (pasar) mis vacaciones en Grecia.

1. voy pasar
2. voy a paso
3. voy a pasar

IR =  GAAN

VAMOS

VAÍS

VAN

LAURA Y ELENA

VOSOTROS

NOSOTROS

IR =  GAAN

VOY

VAS

VA

LAURA

TÚ

YO

futuro: tener (yo)

futuro: querer (tú)

Futuro: decir (vosotros)

Repaso de kloktijden

handige website!

Opdrachten kloktijden

EB

Página 59 - 61

Ejercicios 1 - 4

Klaar?

Werkwoord --> IR

FUTURO

- gebruik

als je wil aangeven dat je iets GAAT DOEN

- met werkwoorden

vervoeging werkwoord IR + A + HELE WW

vb. ik ga slapen -> VOY A DORMIR

- met wederkerende ww

Levantarse -> ME VOY A LEVANTAR 

of

Levantarse -> VOY A LEVANTARME

+ a + 

Futuro

EB

Página 65, ejercicio 9

Deberes

Leren: voca 5.1

Leren: voorzetsels

Hacer: ejercicios 6, 7, 8 (EB pag. 47 - 48)