Afgelopen schooljaar

Afgelopen schooljaar
Wat weet je nog?
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
VerzorgendeMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Afgelopen schooljaar
Wat weet je nog?

Slide 1 - Diapositive

Je moet als Verzorgende C BIG geregistreerd zijn
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quiz

Als een nieuwe bewoner bij ons komt wonen gaat de palliatieve terminale fase in.
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quiz

Bij de multiple sclerose sterven zenuwcellen af
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

PDL staat voor Palliatief Dagelijks Leven
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz

Een normale ademfrequentie bij volwassenen is 14 tot 18 keer per minuut
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

De lever bestaat uit drie kwabben
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Bij een bewusteloos slachtoffer is het eerste wat je doet is de pols controleren
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

FAST betekent:
Face, arm, symtoms, temperature
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Het doel van EHBO is de belangrijkste lichaamsfuncties op gang te houden
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

De huid is het grootste orgaan van het lichaam
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

De Heimlich greep is een manier om een persoon snel over een korte afstand te verplaatsen
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

De huisarts bepaalt alleen of euthanasie mag worden toegepast
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Metabolisme is een ander woord voor stofwisseling
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Conflicthantering is het effectief oplossen van conflicten tussen twee of meer partijen
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Je spreekt van desaturatie onder een waarde van 95%
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Alle verzorgende vallen onder de wet BIG
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

De WMO regelt de financiering van de persoonlijke zorg in het verpleeghuis
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Cumulatie betekent allergisch zijn voor een medicijn
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

Antibiotica heeft een profylactische werking
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

De griepprik heeft een causale werking
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Antidepressiva werkt snel, soms al na 1 dag
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Het toedienen van een zetpil noem je een enterale toediening
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

Bovendruk bij bloeddrukmeting wordt ook wel diastolische druk genoemd
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

Een stoma van de dikke darm noemt men een colostoma
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

Een urinestoma noemt men een suprapubische katheter
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quiz