Poëzie lezen: Mijn neef draagt make-up

1 / 30
suivant
Slide 1: Vidéo
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

woordbegrip
gedicht
Een gedicht is een tekst waarbij de schrijver goed heeft nagedacht over de manier waarop hij de woorden en de zinnen van de tekst opschrijft. Een gedicht kan heel kort zijn of heel lang. Een gedicht kan overal over gaan. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

sessie 1

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


De titel (de naam) van het gedichtenbundel is.  

"Ik denk dat ik ontvoerd ben". 
 



Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



De auteur (schrijver) heet
Pim Lammers.

Je mag hem ook dichter noemen!

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


De illustrator heet
Sarah van Dongen.

Een illustratie is een ander woord voor tekening. Illustrator is een iemand die de afbeeldingen maakt bij een tekst.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


De uitgever is Querido.

Een uitgever is iemand of een bedrijf die boeken of andere publicaties uitbrengt. 



Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Het  gedicht heet 
"mijn neef draagt make-up."

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

lesdoel

Ik kan aangeven wie de belangrijkste personen in dit gedicht zijn. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Opdracht voordat we de tekst lezen.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit gedicht gaat over:

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

de illustratie

We kijken nu naar de illustratie (het plaatje) 

Wat zie je?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zag je op het plaatje?

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

We lezen de tekst.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn neef draagt make-up


klopte je je voorspelling?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 1

Over wie gaat dit gedicht? 

Noem twee personen.

Slide 18 - Diapositive

Over een moeder en een neef
Over wie gaat het gedicht? Noem twee personen.

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 2

Komt  er nog een persoon voor in het gedicht?


Slide 20 - Diapositive

Over een moeder en een neef
Komt er nog iemand voor in dit gedicht?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht 2

Kun je vertellen waarom de dichter het gedicht de titel
 
Mijn neef draagt make-up

heeft gegeven?


Slide 22 - Diapositive

De kern van het gedicht gaat over de
neef die make-up draagt. (De schrijver
wil ons hierover na laten denken).

teksten die worden gebruikt om iemand tot activiteiten aan te sporen of om iemand echt te laten nadenken, noemen we persuasieve teksten.
Waarom heeft de schrijver dit gedicht geschreven?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe
We gaan in deze les kijken naar wat de tekst (het gedicht zegt).

We kijken naar
de titel
de belangrijkste boodschap
begin / midden / eind

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom
Door dieper naar teksten te leren kijken, en deze te leren doorgronden, door te kunnen kijken naar wat een schrijver echt bedoelt met een tekst en feiten van fictie te leren onderscheiden, daardoor leren we ook om met nuance (kleine verschillen) en met kennis van zaken op elkaar te reageren.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

even herhalen!
belangrijkste boodschap

betekent in dit geval:
Wat wil de tekst (de schrijver) je meegeven. Welke kennis is het belangrijkste. 
De eigenlijk de hoofdzaak.


Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

even herhalen!
Tekstdoel
Een schrijver heeft met een tekst altijd een doel. Bij een bepaalde tekstdoel hoort een bepaalde tekstsoort.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

even herhalen!
tekstsoort
 Omdat de doelen van een schrijver met een tekst kunnen verschillen, zijn er ook verschillende soorten teksten. 

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb jij geleerd in deze les?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk leerlingprofiel heb je in de gedichten gezien? Leg je antwoord uit.

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions