h 6 grondstoffen uit de aarde

les 1 metalen hst 6 par 1:  
wat leer je
  • hoe maak je metalen uit erts
  • dit moet je weten voor ijzer en aluminium
  • edele en onedele metalen
  • en hun eigenschappen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

les 1 metalen hst 6 par 1:  
wat leer je
  • hoe maak je metalen uit erts
  • dit moet je weten voor ijzer en aluminium
  • edele en onedele metalen
  • en hun eigenschappen

Slide 1 - Diapositive

Belangrijke aantoningsreacties toets h5 en eindtoets
aan te tonen stof
indicator/aan-toningsproef
waarneming
water 
wit kopersulfaat
wit kopersulfaat wordt blauw in contact met water
koolstof-dioxide
kleurloos/helder kalkwater
wordt troebel en wit als er CO2 doorheen gaat
waterstof
gas opvangen en aansteken
je hoort een blaffend geluid
zuurstof
gloeiend voorwerp erbij 
voorwerp gaat feller branden

Slide 2 - Diapositive

ijzer maak je uit ijzererts
  1. ijzererts bestaat voor het grootste deel uit ijzeroxide(=roest)
  2. ijzeroxide + cokes (=koolstof)+ zuurstof--> ruwijzer+koolstofdioxide
  3. ruwijzer bevat nog te veel koolstof--> is bros--> nog
meer bewerken b.v. tot staal

Slide 3 - Diapositive

aluminium uit aluminiumerts(=bauxiet)
aluminium heeft een kleine dichtheid en toch redelijk sterk --> veel toegepast. Bauxiet bevat +_ 50 % aluminiumoxide Al2O3
dat laat je smelten zodat het via elektrolyse kan ontleden en vloeibaar aluminium wordt afgetapt (zie plaatje)
2 Al2O3(l)--> 4 Al(l) + 3 O2(g)

Slide 4 - Diapositive

Metalen
behalve kwik, dus deze beter niet noemen

Slide 5 - Diapositive

edelmetalen (goud, zilver en platina)





  •  reageren niet/nauwelijks met andere stoffen (als zuurstof, water of zuren) 
  • worden daarom gevonden als zuivere stof (b.v.goudklompjes)
onedele metalen (alle anderen)



  • onedele metalen reageren  wel met andere stoffen--> je vindt ze niet zuiver maar in verbindingen
  • het aantasten van metalen  door stoffen uit de lucht (zuurstof+ water+ CO2) heet corrosie
  • (roesten= corroderen van ijzer) 

Slide 6 - Diapositive

Zeer onedele metalen:
Hoe onedeler een metaal hoe reactiever het is
  • alle metalen uit groep 1 = alkalimetalen, zijn zeer reactief.
  • ze reageren zo heftig met b.v. zuurstof en water dat ze onder een laagje olie bewaard worden
  • de aardalkalimetalen = groep 2 reageren ook heftig maar iets minder heftig 
  • in het filmpje van brainiac hst 4 zag je wat alkalimetalen in water doen!

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

eigenschappen van alkalimetalen
Zoals je in het filmpje zag reageren alle alkalimetalen  heel heftig met water.  Ze pikken de O atomen af van H2O . Daardoor ontstaat er waterstofgas, dat is zeer explosief. 
Hoe groter de atoommassa des te explosiever!

Slide 9 - Diapositive

par 6.2  legeringen maken = metalen mengen
Dit doe je om betere eigenschappen te krijgen. Veel legeringen zijn harder dan de zuivere  stoffen.
Goud is puur erg zacht --> mengen met zilver(=witgoud) of met koper (=roodgoud) 

Slide 10 - Diapositive

par 6.2  legeringen maken = metalen mengen
Binas tabel 37!!!
andere legeringen:
- zilveramalgaam (kwik+zilver) vroeger voor vullingen  in  kies
- staal (ijzer + beetje koolstof zie 6.1)
- roestvaststaal (ijzer + chroom of nikkel)
-duraluminium (koper + aluminium)
- brons (koper+tin)
-messing(koper+zink)

Slide 11 - Diapositive

metalen beschermen

-verven
-invetten

-vertinnen

-verzinken

-verchromen

-emailleren(=glas op pan)


is voorkomen dat er zuurstof (of andere stoffen)bijkomen

Slide 12 - Diapositive

Zware metalen
Metalen met een hoge dichtheid (kwik, lood, cadmium) én zeer schadelijk voor de gezondheid. Afval met zware metalen moet apart weggegooid bij kca-afval (kca = klein chemisch afval)

Slide 13 - Diapositive

uitwerkingen belangrijke opdrachten van 6.2 inhaal/herkansings afspraken
  • 23: legering is mengsel--> stoltraject zoals op blz 18 tekstboek maar dan met hogere temperaturen 
  • 29: chroom+zuurstof--> chroomoxide
            4 Cr(s) + 3 O2(g)--> 2Cr2O3(s)
  • 32: a) vliegtuig industrie, een licht vliegtuig verbruikt veel minder benzine
    b) Mg en Al zijn allebei reactief, ook hun legering heeft dus grote kans om snel en heftig te reageren met stoffen uit omgeving

Slide 14 - Diapositive

korte herhaling hst 5: 
verbranden? dan zuurstof als 2e beginstof
  • snelle verbranding? warmte, vlammen, evt. rook en vonken
  • langzame verbranding? (=verteren voedsel en oxideren metalen) ook warmte maar geen vlammen
  • oxidatie metaal? metaal+zuurstof--> metaaloxide
  • volledige verbranding koolwaterstof? blauwe vlam en water en koolstofdioxide (CO2) ontstaan
  • onvolledige verbranding koolwaterstof? gele vlam en water, koolstofmonoxide (CO) en roet (C) ontstaan

Slide 15 - Diapositive

programma 23 mei Cl 1
  • kort herhalen legeringen en waar te vinden in Binas (incl andere informatie die kan helpen bij toetsen)
  • zelf nakijken en verbeteren en verder werken met 6.3
  • korte herhaling verbranden en oefen rv opstellen a.d.h.v. branden van Mg (of al gedaan met Cl 1 ???)
  • hw afmaken 6.3 en goed leren 6.1 t/m 3
  • Toetsweek: hst 4, 5, 6.1 t/m 6.3   (100 minuten 8 x herk kan)

Slide 16 - Diapositive

korte herhaling hst 5: 
verbranden? dan zuurstof als 2e beginstof
  • snelle verbranding? warmte, vlammen, evt. rook en vonken
  • langzame verbranding? (=verteren voedsel en oxideren metalen) ook warmte maar geen vlammen
  • oxidatie metaal? metaal+zuurstof--> metaaloxide
  • volledige verbranding koolwaterstof? blauwe vlam en water en koolstofdioxide (CO2) ontstaan
  • onvolledige verbranding koolwaterstof? gele vlam en water, koolstofmonoxide (CO) en roet (C) ontstaan

Slide 17 - Diapositive

brandende metalen moeilijk te blussen

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

geef de reactievergelijking van het blussen van magnesium met water 
Als je een magnesium brand wilt blussen met water ontstaat er een wit poeder (magnesiumoxide) en een explosief gas
  1. geef de reactievergelijking in woorden (incl explosief gas)
  2. noteer daaronder de juiste molecuulformules
  3. bekijk welke atoomsoort er na de reactie nog niet staat--> formule voor het explosieve gas
  4. maak kloppend incl toestandsaanduiding

Slide 20 - Diapositive

uitwerking magnesium met water blussen:
  1. reactievergelijking in woorden:
    magnesium + water--> magnesiumoxide + explosief gas
  2. in symbolen (dan weet je waarschijnlijk welk gas het was)
     Mg(s)+H2O(l)->  MgO(s) + H2(g)
    magnesium reageert met zuurstof uit het water--> H over, denk aan Brenda regel dus H2,  dat is inderdaad explosief  (denk aan elektrolyse water)
  3. kloppend maken: Mg(s)+H2O(l)->  MgO(s) + H2(g)  (klopt al)

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

geef de reactievergelijking van het blussen van magnesium met koolstofdioxide 
Als je een magnesium brand wilt blussen met koolstofdioxide ontstaat er een wit poeder en een zwarte vaste stof
  1. geef de reactievergelijking in woorden 
  2. noteer daaronder de juiste molecuulformules bekijk welke atoomsoorten er na de reactie nog niet staan--> formule voor deze stoffen
  3. maak kloppend incl toestandsaanduiding

Slide 23 - Diapositive

uitwerking magnesium met koolstofdioxide blussen:
  1. reactievergelijking in woorden:
    magnesium + koolstofdioxide--> wit poeder + zwarte stof
  2. in symbolen (dan weet je waarschijnlijk welke stoffen het waren)
    Mg(s)+CO2(g)->  MgO(s) + C(s)     
    (Mg oxideert met zuurstof uit CO2 --> MgO en C  over
  3. kloppend maken:
    2 Mg(s)+CO2(g)->  2 MgO(s) + C(s) 

Slide 24 - Diapositive

3m 1 nog bespreken 23,29,32 van par 6.2, inzage toets en maken inhaal/herkansings afspraken
  • 23: legering is mengsel--> stoltraject zoals op blz 18 tekstboek maar dan met hogere temperaturen 
  • 29: chroom+zuurstof--> chroomoxide
            4 Cr(s) + 3 O2(g)--> 2Cr2O3(s)
  • 32: a) vliegtuig industrie, een licht vliegtuig verbruikt veel minder benzine
    b) Mg en Al zijn allebei reactief, ook hun legering heeft dus grote kans om snel en heftig te reageren met stoffen uit omgeving
  • hw = leren hst 4 t/m 6.2 en vragen stellen

Slide 25 - Diapositive