boek A, herhaling en oefenen vragen par 4.2 p125-129

boek A, herhaling en oefenen vragen par 4.2 p125-129
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

boek A, herhaling en oefenen vragen par 4.2 p125-129

Slide 1 - Diapositive

Inhoud
*lezen
*oefenen vragen
*maken vragen
*bespreken vragen

Slide 2 - Diapositive

Lezen
Lees de leerteksten:
-'Onder Duits bestuur' p125
-'Leven in bezet Duitsland' p126
-'Oorlog in Azie' p127
-'oorlog in Afrika en Amerika' p128
-'Het einde van de oorlog' p129

Slide 3 - Diapositive

Oefenen vragen
gebruik je laptop

Slide 4 - Diapositive

Maken vragen
-Doe de laptop weg.
-Maak de vragen van het M&M boek.

Slide 5 - Diapositive

Waarom gaf nederland zich snel over aan de Duitsers?
A
Utrecht werd plat gebombardeerd
B
Rotterdam werd plat gebombardeerd
C
Amsterdam werd plat gebombardeerd
D
Maastricht werd plat gebombardeerd

Slide 6 - Quiz

In welk jaar gaf Nederland zich over?
A
1941
B
1940
C
1942

Slide 7 - Quiz

Na de Duitse inval vluchtte de Nederlandse regering naar .....
A
Democratie
B
London
C
Bestuur
D
censuur

Slide 8 - Quiz

De Oostenrijkse rijkscommissaris Seyss-Inquart leidde het Duitse .........
van Nederland.
A
Democratie
B
London
C
Bestuur
D
censuur

Slide 9 - Quiz

De onderdrukking begon met de afschaffing van de rechtsstaat en ......
A
Democratie
B
London
C
Bestuur
D
censuur

Slide 10 - Quiz

De nazi’s bepaalden wat de kranten mochten schrijven, dus er kwam.......
A
Democratie
B
London
C
Bestuur
D
censuur

Slide 11 - Quiz

Tijdens de bezetting;
Een ......... deel van de Nederlanders was anti-Duits
A
groot
B
klein

Slide 12 - Quiz

Tijdens de bezetting;
Een ........... deel van de Nederlanders kwam in verzet.
A
groot
B
klein

Slide 13 - Quiz

Tijdens de bezetting;
Een .............deel van de Nederlanders werkte samen met de Duitsers.
A
groot
B
klein

Slide 14 - Quiz

Welke zin is juist?
A
De Duitsers gebruikten collaboratie om gehoorzaamheid af te dwingen.
B
Bij razzia’s werden Nederlandse mannen opgepakt die in Duitsland moesten werken.

Slide 15 - Quiz

Welke zin is juist?
A
Naarmate de bezetting langer duurde, werden de Duitsers strenger.
B
Terreur is een ander woord voor rechtsstaat.

Slide 16 - Quiz

NSB betekent 'Nationaal Socialistische Bond'
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

Welke zin is juist?
A
Door de censuur kwam er alleen negatief nieuws over de bezetter in de kranten.
B
Door de censuur kwam er alleen positief nieuws over de bezetter in de kranten.

Slide 18 - Quiz

Welke zin is juist?
A
Verzetsmensen wilden dat er alleen positief nieuws over de geallieerden kwam
B
Verzetsmensen wilden dat iedereen kon weten wat er echt gebeurde.

Slide 19 - Quiz

Wat is de goede volgorde van gebeurtenissen?

A Japan begint delen van China te veroveren.
B Japan wil een groot rijk en sluit een bondgenootschap met Duitsland en Italië.
C Het Japanse leger verovert Nederlands-Indië.
D De Japanse luchtmacht valt de Amerikaanse vloot in Pearl Harbor aan.
A
A-D-B-C
B
A-B-C-D
C
B-A-D-C
D
A-B-D-C

Slide 20 - Quiz

Japanners veroverde gebieden zodat ze meer grondstoffen hadden voor hun industrie.
A
onjuist
B
juist

Slide 21 - Quiz

In 1942 waren veel Indonesiërs blij met de komst van de Japanners.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

De Indonesiërs dachten dat ze een zelfstandig land zouden krijgen.
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

In 1944 waren de Indonesiërs nog steeds blij met de Japanners.
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

De Japanners onderdrukten de Indonesiërs.
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

In het werelddeel Amerika werd ......... gevochten
A
wel
B
niet

Slide 26 - Quiz

Het werelddeel Afrika
was ............. betrokken bij de Tweede Wereldoorlog.
A
wel
B
niet

Slide 27 - Quiz

In het werelddeel
Afrika werd ........... gevochten.
A
wel
B
niet

Slide 28 - Quiz

De winter van 1944-1945 wordt wel de Hongerwinter genoemd, omdat er weinig voedsel in de steden was
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz

De Duitsers in Nederland gaven zich over op 5 december 1945
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

Om de oorlog te beëindigen gebruikten de Amerikanen een atoombom
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Maken vragen
Ga aan de slag met de onderstaande vragen:
paragraaf 4.2 vraag 1-9

Je werkt in tweetallen. Heb je een vraag kom je naar de docent toe.

Slide 32 - Diapositive

Bespreken vragen
Controleer je gemaakte vragen aan de hand van het bord. Heb je antwoorden niet, schrijf ze over.

Als er niet genoeg tijd is, wordt het  nakijken huiswerk. De antwoorden staan dan in somtoday (bijlage).

Slide 33 - Diapositive