Hoofdletters en leestekens

Leestekens en hoofdletters
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Leestekens en hoofdletters

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van deze les...
... weet je wanneer je hoofdletters moet gebruiken
... kun je de leestekens op de juiste plaats in de zin zetten

Slide 2 - Diapositive

Wanneer gebruik je hoofdletters?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

         Uitzonderingen

Slide 8 - Diapositive

Wat is goed geschreven?
A
BTW
B
btw
C
Btw

Slide 9 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Het noorden
B
Het Noorden

Slide 10 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Middeleeuwen
B
middeleeuwen

Slide 11 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Mevrouw van Velzen
B
Mevrouw Van Velzen

Slide 12 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Deze Winter sneeuwt het veel.
B
Deze winter sneeuwt het veel.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Wanneer gebruik je een komma?
Als je een korte pauze hoort in een zin.
Mieke, het zusje van Gaby, gaat volgende week voor het eerst naar school.

Slide 15 - Diapositive

Tussen de delen van een opsomming in een zin. Als er tussen de laatste twee delen een voegwoord staat (en of of), schrijf je geen komma.

Wil je koffie, thee of iets anders?

Slide 16 - Diapositive

Tussen twee persoonsvormen in een zin die niet bij elkaar horen.

Als het goed is, komt Lindsey zo.

Slide 17 - Diapositive

Als iemand met zijn naam wordt aangesproken. Na de naam komt dan een komma.

Jeroen, kom je zo?

Slide 18 - Diapositive

Tussen een hoofdzin en een bijzin.

Ik sta morgen vroeg op, als ik goed slaap.

Slide 19 - Diapositive

En nu oefenen!

Slide 20 - Diapositive

Evaluatie
Wat vond je van deze les?
Vond je mijn uitleg duidelijk?
Vond je het fijn om de regels te herhalen of juist niet?


Slide 21 - Diapositive







Evaluatie
Hoe vond je mijn uitleg?
Vond je het fijn om deze theorie te herhalen of juist niet?

Slide 22 - Question ouverte