3.7 Verwantschap

3.7 Verwantschap
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

3.7 Verwantschap

Slide 1 - Diapositive

Planning
Uitleg 3.7 Verwantschap 
quiz vragen / oefening
Opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Je kunt toelichten wat fossielen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie. 

Je kunt toelichten dat overeenkomsten in de bouw van organen, de bouw van cellen en de samenstelling van stoffen in cellen duiden op verwantschap. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Fossielen

Versteende afdrukken

of

Versteende organismen (fossielen)

Slide 5 - Diapositive

Argumenten voor evolutie
  • Fossielen

  •     soorten zijn ontstaan, veranderd of verdwenen.

Slide 6 - Diapositive

Verwantschap
  •  Soorten die een gemeenschappelijke voorouder hebben, vertonen verwantschap

Zoeken naar verwantschap door te kijken naar overeenkomst in:
  • de bouw van organen
  • processen in cellen 
  • samenstelling van stoffen in cellen

Slide 7 - Diapositive

Verwantschap Overeenkomsten
- Overeenkomsten in bouw;
- Rudimentaire organen ; 
- Celprocessen (is vaak gelijk)

Slide 8 - Diapositive

Rudimentaire organen
= Organen die geen functie meer hebben en nauwelijks tot ontwikkeling komen
  • Bewijs dat verschillende soorten een gemeenschappelijke voorouder hebben
 

Slide 9 - Diapositive

Overeenkomst in embryonale ontwikkeling

Slide 10 - Diapositive

Stoffen uit cellen
Hoe meer stoffen (zoals DNA en eiwit) overeenkomen bij twee soorten, des te korter geleden hebben ze een gemeenschappelijke voorvader gehad. 

Dit kan steeds nauwkeuriger bepaald worden.

Slide 11 - Diapositive

Stamboom
- Door DNA te vergelijken kan je een stamboom maken. Dit heet een evolutionaire stamboom.

- Hoe verder naar beneden, hoe langer geleden.


Slide 12 - Diapositive

Stambomen

Slide 13 - Diapositive

Stamboom

Slide 14 - Diapositive

Met welk dier heeft de giraffe het meeste verwantschap?
A
Dwergherten
B
Nijlpaarden
C
Tandwalvissen
D
Baleinwalvissen

Slide 15 - Quiz

Welke soorten hebben de meeste verwantschap?
A
Het paard en de hond
B
De hond en de kat
C
Weet niet
D
De kat en het paard

Slide 16 - Quiz

Met wie heeft soort B de meeste verwantschap?
A
A
B
C
C
D
D
E

Slide 17 - Quiz

Verwantschap is...
A
binnen één soort vergelijkbare eigenschappen hebben
B
het veranderen van een bestaande soort in een nieuwe soort
C
dieren die in dezelfde groep leven en bij elkaar blijven
D
een vergelijkbare eigenschap van een gemeenschappelijke voorouder krijgen

Slide 18 - Quiz

Wie heeft de meeste verwantschap met de gorilla?
A
Apen van de nieuwe wereld
B
Chimpansees
C
Orang-oetans
D
Gibbons

Slide 19 - Quiz

Wat is een rudimentair orgaan
A
Een orgaan dat je voorouders ook hadden
B
Een orgaan dat je niet langer nodig hebt
C
Een orgaan waar je niet buiten kunt

Slide 20 - Quiz

Wat is een rudimentair orgaan van de mens
A
Hersenen
B
Dikke darm
C
Blinde darm
D
Kleine teen

Slide 21 - Quiz

Welke zijn het meest met elkaar verwant?
A
Walvisachtigen en herten
B
Kameelachtigen en varkens
C
Herten en holhoornigen
D
Dwergherten en herten

Slide 22 - Quiz

Wat is een rudimentair orgaan
A
Een orgaan dat je voorouders ook hadden
B
Een orgaan dat je niet langer nodig hebt
C
Een orgaan waar je niet buiten kunt

Slide 23 - Quiz

Wat is een rudimentair orgaan van de mens
A
Hersenen
B
Dikke darm
C
Blinde darm
D
Kleine teen

Slide 24 - Quiz

Welke zijn het meest met elkaar verwant?
A
Walvisachtigen en herten
B
Kameelachtigen en varkens
C
Herten en holhoornigen
D
Dwergherten en herten

Slide 25 - Quiz

opdrachten
3.7 Lees bladzijde 205 t/m 212
Maak opdracht 1, 2, 3, 5, 6 
en opdr. 4 of 7, 8

Slide 26 - Diapositive