H4 - Laatste les voor PW

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Dag allemaal! Zorg dat je op de juiste plek gaat zitten en een dichte laptop op tafel hebt liggen. Doe je laptop alvast aan de lader indien je deze wilt opladen.

1.4 Elektriciteit en Veiligheid

Hoe zat het met de stroomsterkte die het lichaam ingaat?

-Contactweerstand
-Lichaamsweerstand

1.4 Elektriciteit en veiligheid

Gevaren van elektriciteit

• Hoe groot de stroomsterkte is hangt af van de spanning en de weerstand van je lichaam, je lichaam geleidt de stroom vrij goed: lichaamsweerstand

• De grootste weerstand vindt plaats op waar de stroom het lichaam in- en uitgaat: aanrakings- en contactweerstand 

Hoe droger de huid, des te groter wordt de weerstand.

Soorten weerstand

Lichaamsweerstand: de totale weerstand van je lichaam

Contactweerstand; de weerstand waar de stroom het lichaam in gaat. (klein bij natte huid)

Hiernaast zie je een aardlekschakelaar. Wat is de functie van een aardlekschakelaar?

1. Aardlek schakelt bij overbelasting uit
2. Als er stroom weglekt naar aarde schakelt de aardlek uit
3. Aardlek is er om de elektrische installatie in of uit te schakelen
4. Aardlek meet het vermogen in de elektrische installatie

Waar tegen beschermt een zekering?

Een zekering voorkomt ......

1. Kortsluiting
2. Overbelasting
3. Brand
4. Alle antwoorden zijn juist

Fasedraad

Nuldraad

Schakeldraad

Aardedraad

grootheid

eenheid

symbool

symbool

vermogen

stroomsterkte

spanning 

P

I

V

Ampère

A

W

U

Watt

Volt

Het energieverbruik in kilowattuur bereken je met de formule E = P ∙ t.
In welke eenheden moet je het vermogen en de tijd invullen?

1. het vermogen in kW en de tijd in minuten
2. het vermogen in W en de tijd in uren
3. het vermogen in kW en de tijd in uren
4. het vermogen in W en de tijd in minuten

Hoeveel energie verbruikt een waterkoker van 2 kW als hij 30 minuten wordt gebruikt?

1. 1 kWh
2. 4 kWh
3. 30 kWh
4. 60 kWh

Er gaat via de fasedraad 1,02 A naar een stijltang. Er komt door de nuldraad 0,95 A terug.
A) Bereken de lekstroom
B) Zal de aardlekschakelaar de stroom uitschakelen?

Welk nummer geeft de schakeldraad aan?

1. 1
2. 2
3. 3

In afbeelding 4 zie je een foto met daarop een oplader die in brand is gevlogen. Hieronder staan drie mogelijke oorzaken.
Welke oorzaak is het meest waarschijnlijk?

1. De zekering is uitgevallen
2. De oplader was kapot en heeft gezorgd voor kortsluiting
3. Het vermogen van de oplader was te laag

Welke lampjes blijven branden als je de schakelaar open doet?

1. 1
2. 2,3
3. allemaal
4. geen

Wat is de stroomsterkte die de stroommeter aangeeft?

De stroomsterkte door lampje één is 2 ampère. Hoe groot is de stroom door lampje twee?

1. 0,5 A
2. 1 A
3. 2 A
4. 4 A

Op welke plaats is de stroomsterkte het grootst?

1. A
2. B
3. C
4. D

Meneer Lukkien gaat met oud en nieuw oliebollen bakken. Hij zet drie frietpannen tegelijk aan, maar bij de derde pan vliegt te stroom er opeens uit. Hoe komt dit?

1. Kortsluiting
2. Overbelasting
3. Aardlek

Een zekering voorkomt kortsluiting

1. juist
2. onjuist

Een aardlekschakelaar....

1. meet de uitgaande stroom
2. meet de ingaande stroom
3. vergelijkt de ingaande met de uitgaande stroom
4. controleert of de draden overbelast worden

Ga nu zelf aan de slag

Wat? Maak de test jezelf van H4.4 helemaal af.

Hoe? Je werkt de eerste 10 minuten individueel, daarna mag je zachtjes overleggen

Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Check of je alle leerdoelen kent.